15
1. In acht te nemen voor de inbedrijfstelling!
●
De elektrische aansluiting gebeurt via een
reglementair aangesloten geaard stopcontact, met
een netspanning van 230 Volt/50 Hz. Zekering van
minstens 6 Ampère.
Voorzichtig !
Aan zwembassins en tuinvijvers en in hun
veiligheidsbereik is het gebruik van de pomp enkel
toelaatbaar mits zij beveiligd is door een
verliesstroomschakelaar met een uitschakelende
nominale stroom tot 30 mA (overeenkomstig VDE
0100 deel 702, 738).
De pomp mag niet in werking zijn of gezet worden
als zich personen in het zwembassin of in de
tuinvijver bevinden.
Raadpleeg Uw elektricien!
Attentie!
(voor uw veiligheid)
Laat alvorens uw nieuwe dompelpomp in gebruik te
nemen een vakkundige controleren of
●
De aarding
●
De geaarde nulleider
●
De verliesstroomschakelaar beantwoorden aan de
voorschriften van de elektriciteitsmaatschappij en
correct functioneren.
●
De elektrische stekkerverbindingen moeten tegen
vocht beschermd worden.
●
Bij overstromingsgevaar moeten de
stekkerverbindingen naar een tegen overstroming
beschermde zone overgebracht worden.
●
Het transport van agressieve vloeistoffen en op
corrosie berustende (als smeergelwerkende) stoffen
moet in ieder geval vermeden worden.
●
De dompelpomp moet tegen vorst beschermd
worden.
●
De pomp mag niet drooglopen.
●
Maatregelen treffen opdat de pomp niet in de handen
van kinderen kan geraken.
●
Dit gereedschap is niet bedoeld om door personen
(inclusief kinderen) met een beperkt fysiek, sensorisch
en geestelijk vermogen of door personen, die niet de
nodige ervaring en/of kennis hebben, te worden
gebruikt, tenzij dit onder toezicht van een persoon
gebeurt die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of
die hen aanwijst, hoe het gereedschap moet worden
gebruikt. Op kinderen moet toezicht worden gehouden
om te voorkomen dat ze met het gereedschap spelen.
2. Beschrijving van het toestel (fig. 1)
1 Handvat
2
Netkabel
3 Universele slangaansluiting
4 Aanzuigkorf
5 Vlotterschakelaar
3.
Reglementair gebruik
De door u aangeschafte dompelpomp is geschikt voor
het transport van water met een temperatuur van
maximum 35°C.
Deze pomp mag niet voor andere vloeistoffen gebruikt
worden en met name nooit voor motorbrandstof,
schoonmaakmiddelen en andere chemische produkten!
De machine mag slechts voor werkzaamheden
worden gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk ander
verder gaand gebruik is niet reglementair. Voor
daaruit voortvloeiende schade of verwondingen van
welke aard dan ook is de gebruiker/bediener, niet de
fabrikant, aansprakelijk.
Wij wijzen erop dat onze gereedschappen
overeenkomstig hun bestemming niet geconstrueerd
zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel
gebruik. Wij geven geen garantie indien het
gereedschap in ambachtelijke of industriële bedrijven
alsmede bij gelijk te stellen activiteiten wordt
gebruikt.
4. De installatie
Het installeren van de dompelpomp kan op de volgende
manieren gebeuren :
●
Stationair met een vaste buisleiding of
●
Stationair met een flexibele slang.
Attentie!
Bij de installatie opletten dat de pomp nooit vrijhangend
aan de drukleiding of aan de stroomkabel gemonteerd
mag worden. De dompelmotorpomp moet aan de
draaggreep, die daarvoor voorzien is, worden
opgehangen of moet op de bodem van de schacht
liggen. Ten einde een perfekte werking van de pomp te
verzekeren, moet de bodem van de schacht altijd vrij zijn
van slijk of van andere verontreinigingen.
Bij een te laag waterpeil kan het slijk aanwezig in de
schacht snel uitdrogen en de pomp verhinderen aan te
slaan. Daarom is het noodzakelijk om de
dompelmotorpomp regelmatig te controleren
(aanlooptest uitvoeren).
De vlotterschakelaar is dusdanig ingesteld dat een
onmiddellijke inbedrijfstelling mogelijk is.
Opmerking!
De pompschacht moet minstens 40 x 40 x 50 cm groot
zijn, zodat de vlotterschakelaar zich vrij kan bewegen.
NL
Anleitung_E_KTP_3070_SPK7:_ 06.02.2009 14:44 Uhr Seite 15