65
NL
BE
ningspersoon vastleggen.
• Personen met een motorische
handicap mogen het apparaat
enkel onder toezicht gebruiken.
• Maak nooit gebruik van het ap-
paraat terwijl er personen, in
het bijzonder kinderen, en huis
-
dieren in de buurt zijn.
• Controleer het terrein, waar het
apparaat gebruikt wordt, en
verwijder stenen, stokken, dra
-
den of andere vreemde voor-
werpen, die vastgegrepen en
weggeslingerd kunnen worden.
Gebruik het apparaat niet om
oneffenheden van de grond
vlak te maken.
• Draag steeds gepaste werkkle-
dij, zoals vast schoeisel met een
slijpvrije zool, een robuuste,
lange broek, oorbescherming
en een beschermbril. Gebruik
het apparaat niet als u bloots-
voets stapt of open sandalen
draagt. Draag geen loszittende
kleding, kleding met loshan-
gende snoeren of stropdassen.
Die beveiliging van het apparaat
en de persoonlijke veiligheidsuit
-
rustingen beschermen uw eigen
gezondheid en die van anderen
en garanderen een optimale wer-
king van het apparaat.
• Werk niet met een bescha-
digd, onvolledig of zonder de
toestemming van de fabrikant
omgebouwd apparaat. Werk
niet met beschadigde of ontbre-
kende beschermingsinrichtingen
(bijvoorbeeld starthefboom,
ontgrendelknop, beschermings-
inrichting tegen stoten).
Stel nooit beschermingsinrich-
tingen buiten werking (bijvoor
-
beeld door de starthefboom
vast te binden).
Daarmee wordt ervoor gezorgd
dat de veiligheid van het appa-
raat gehandhaafd blijft.
• Vergewis u vóór de start van
uw apparaat dat er geen voor-
werp of tak in de mesopening
binnengeschoven is, dat het ap-
paraat stabiel staat en dat het
werkterrein opgeruimd en niet
geblokkeerd is.
• Als het apparaat bij het inscha
-
kelen ongebruikelijke trillingen
of geluiden produceert, trek de
contactsleutel dan uit, haal de
accu’s uit het apparaat en con-
troleer de meswalsen. Vergewis
u dat er geen hakselresten de
messenwals blokkeren of tussen
de messen ingeklemd zijn. Als u
geen problemen vaststelt, zendt
u het apparaat terug naar de
klantenserviceafdeling.
• Als de messen niet meer correct
snoeien of wanneer de motor
overbelast is, controleert u alle
onderdelen van uw apparaat
en vervangt u de versleten
onderdelen. Als een meer uitge-
breide reparatie noodzakelijk
is, richt u zich tot de klantenser-
viceafdeling.
• Gebruik de machine uitsluitend
op de aanbevolen locaties en
op een vaste, egale ondergrond.
• Gebruik de machine niet op
verharde ondergronden of kie-
zels, waar het materiaal letsels
kan veroorzaken.
Toepassing:
• Opgepast – scherp werktuig.
Snij niet in vingers of tenen.
Содержание 304403 1904
Страница 3: ...1 2 3 4 5 6 7 8 11 12 15 14 13 17 16 7 9 6 4 4 13 13 15 3 5 14 12 9 18 19 20 10 21 8 25...
Страница 131: ...131...
Страница 132: ...132...
Страница 140: ...140...
Страница 142: ...2 1 22 23 16 17 25 26 6 1 2 10 20 19 19 21 5 3 6 4 4 7 24 15...
Страница 143: ......