Nederlands
2 / 8
ICEP040-060
2 Inleiding
De motoren van de compressor, de pomp en de ventilator hebben een
hittebeveiliging die hen beschermt tegen eventuele oververhitting.
2.1 Transport
De verpakte eenheid moet:
a) in een verticale positie worden gehouden;
b) beschermd worden tegen atmosferische invloeden;
c) beschermd worden tegen botsingen en stoten.
2.2 Hantering
Gebruik een vorkheftruck die geschikt is voor het te tillen gewicht en
vermijd botsingen tegen de verpakking.
2.3 Inspectie
a) Alle eenheden zijn in de fabriek geassembleerd, van bedrading
voorzien en met koelmiddel en olie gevuld en getest;
b) controleer bij ontvangst de staat van de machine: protesteer geef
eventuele schade gelijk aan bij het transportbedrijf;
c) pak de eenheid uit in de buurt van de installatieplaats.
2.4 Opslag
a) De verpakte eenheid op een schone plaats en beschermd tegen
vocht en weersinvloeden opslaan.
b) de units niet op elkaar zetten;
c) de instructies van de verpakking opvolgen.
3 Installatie
Y
Voor een optimale installatie de aanwijzingen in de paragrafen 7.2,
7.3 en 7.7 respecteren.
!
Het geïnstalleerde product moet op passende wijze worden be-
schermd tegen brandgevaar (ref. EN378-3).
!
Het is raadzaam dat alle koelers worden voorzien van de juiste
voorfi ltering in de buurt van de waterinlaat naar de koeler.
!
Te koelen vloeistoffen
De af te koelen vloeistoffen dienen compatibel te zijn met de gebruikte
materialen.
Als vloeistoffen kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt:
water of
mengsels van water en ethyleen- of propyleenglycol.
De te koelen vloeistof mag niet ontvlambaar zijn.
Als de te koelen vloeistoffen gevaarlijke bestanddelen bevatten (zoals
bijvoorbeeld ethyleen/propyleenglycol) moet de eventuele vloeistof die
uit een lek gestroomd is opgevangen worden, omdat deze schadelijk is
voor het milieu. In geval van het leeglopen van het hydraulische circuit,
dient u zich aan de geldende normen te houden en de vloeistof niet in
het milieu te verspreiden.
3.1 Werkruimte
DZorg voor een vrije ruimte van 1,5 meter rondom de eenheid.
Bij de modellen met verticale uitstoot van de condensatielucht moet
minstens 2 meter ruimte boven de koeler worden vrijgehouden.
3.2 Uitvoeringen
Uitvoering met lucht (A)
Zorg dat er geen situaties van hercirculatie van de koellucht kunnen
ontstaan. Sluit de ventilatieroosters niet af.
Voor de uitvoeringen met axiale ventilator is de kanalisatie van de
verbruikte lucht afgeraden.
Uitvoering met water (W)
Als het water naar de condensor in een open circuit zit, installeer dan
een netfi lter op de ingang van het condensatiewater.
Voor speciale soorten koelwater (gedeïoniseerd, gedemineraliseerd,
gedistilleerd) zijnde standaardmaterialen die voor de condensor voor-
zien zijn mogelijk niet geschikt. Neem in dat geval contact op met de
fabricant.
3.3 Hydraulisch circuit
3.3.1
Controles en aansluiting
Y
Zorg ervoor, alvorens de koelmachine aan te sluiten en het circuit
te vullen, dat de leidingen geheel schoon zijn. Reinig ze grondig indien
dit nodig is.
Y
Als het hydraulische circuit een gesloten circuit is, is het raadzaam
op de drukzijde een op afgestelde veiligheidsklep te installeren. 6 bar;
Y
Het wordt aangeraden om altijd netfi lters te installeren op de
watertoevoer- en -afvoerleidingen.
Y
Voor gevallen waarin het hydraulisch circuit onderschept wordt
door automatische kleppen, moet de pomp beveiligd worden met
systemen ter voorkoming van waterslag.
Y
Indien het circuit voor lange periodes van stilstand geleegd wordt,
is het aanbevolen om smeervloeistof aan de rotor van de pomp toe
te voegen om te voorkomen dat deze bij de volgende start blokkeert.
Ga bij een geblokkeerde rotor als volgt te werk om hem handmatig te
deblokkeren.
Verwijder het achterste deksel van de pomp en draai de kunststof
ventilator voorzichtig. Als de as nog geblokkeerd is, moet de ventilator
worden verwijderd om direct op de as in te grijpen. Plaats de ventilator
en het deksel weer zodra de rotor gedeblokkeerd is.
Voorafgaande controles
1) Controleer of de eventueel aangebrachte schakelbare kleppen van
het hydraulisch circuit open zijn.
2) (Water-versie) Betreft het een circuit van het gesloten type, controle-
er dan of er een expansievat met geschikt vermogen is aangebracht.
Zie paragraaf 3.3.3.
Aansluiting
1) Verbind de waterkoeler met de ingangs- en uitgangsleidingen door
middel van de aansluitingen die hiervoor op de achterkant van de
unit zitten.
Het wordt aangeraden om van fl exibele aansluitingen gebruik te
maken, zodat het systeem soepel blijft.
2) Vul het hydraulisch circuit via de betreffende vulaansluiting aan de
achterkant(
) van de koelmachine .
3) De tank is uitgerust met een speciale ontluchtingsklep, die bij het
vullen met de hand bediend moet worden. Mocht het hydraulisch
systeem uit bepaalde hoger gelegen punten bestaan, dan moet er op
die punten een ontluchtingsklep geïnstalleerd worden.
4 ) Het verdient aanbeveling de aan- en afvoerleidingen van een kraan
te voorzien, zodat tijdens onderhoudswerkzaamheden de machine
van het circuit kan worden losgekoppeld.
5 ) Als de chiller met open systeem werkt, dan moet de pomp op de
inlaatzijde van het vat worden geïnstalleerd en op de uitlaatzijde van
de chiller.
!
Waarschuwing (modellen 020-060): de machine is uitgerust
met een automatische beveiliging voor de tank.
Als de waterinlaat per ongeluk wordt gesloten terwijl de pomp
draait en de wateruitlaat open is, zal er lucht in de tank komen met
de waarschijnlijke tussenkomst van de niveausensor. Het hydrauli-
sche circuit moet worden ontlucht om de lucht te verwijderen.
Volgende controles
1) Controleer of reservoir en circuit volledig met water gevuld en naar
behoren ontlucht zijn.
2) Het hydraulische circuit moet altijd gevuld zijn. Hiertoe kan men
regelmatig controleren en bijvullen; als alternatief kan de installatie
van een automatische vulkit voorzien worden.
Kenmerken van het water
Installeer een netfi lter op de inlaat van het water, indien de machine
zonder fi lter is geleverd.
Y,
Kenmerken van het water :
Temperatuur
≥50°F (10°C)
CL
-
<50 ppm
ΔT
IN/OUT
5-15°C
CaCO
3
70-150 ppm
Max % glycol
50
O
2
<0.1 ppm
Druk
43.5-145 PSIg
(3-10 barg)
Fe
<0.2 ppm
PH
7.5-9
NO
3
<2 ppm
Elektrisch
geleidings-
vermogen
10-500 μS/cm
HCO
3
-
70-300 ppm
Verzadigingsgraad
van Langelier
0-1
H
2
S
<0.05 ppm
SO
4
2-
<50 ppm
CO
2
<5 ppm
NH
3
<1 ppm
Al
<0.2 ppm
Voor speciale soorten water (gedeïoniseerd, gedemineraliseerd,
gedistilleerd) zijn de standaard materialen die voor de koelmachine
voorzien zijn mogelijk niet geschikt. Neem in dat geval contact op met
de fabricant.
Содержание Hyperchill Plus ICEP040
Страница 2: ......
Страница 122: ...8 8 ICEP040 060 6 NAI OXI NAI NAI NAI NAI NAI NAI NAI NAI NAI OXI OXI OXI OXI OXI OXI OXI OXI NAI OXI OXI OXI NAI...
Страница 130: ...8 8 ICEP040 060 6...
Страница 138: ...8 8 ICEP040 060 6...
Страница 148: ......
Страница 168: ...7 6 Circuit Diagram ICEP040 060 air 19 ICEP040 060...
Страница 169: ...Circuit Diagram ICEP040 060 water 20 ICEP040 060...
Страница 170: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 21 ICEP040 060 Sheet 1 12...
Страница 171: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 22 ICEP040 060 Sheet 2 12...
Страница 172: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 23 ICEP040 060 Sheet 3 12...
Страница 173: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 24 ICEP040 060 Sheet 4 12...
Страница 174: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 25 ICEP040 060 Sheet 5 12...
Страница 175: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 26 ICEP040 060 Sheet 6 12...
Страница 176: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 27 ICEP040 060 Sheet 7 12...
Страница 177: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 28 ICEP040 060 Sheet 8 12...
Страница 178: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 29 ICEP040 060 Sheet 9 12...
Страница 179: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 30 ICEP040 060 Sheet 10 12...
Страница 180: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 31 ICEP040 060 Sheet 11 12...
Страница 181: ...7 7 Wiring diagram ICEP040 060 32 ICEP040 060 Sheet 12 12...
Страница 182: ......