toets, een keuze gemaakt worden tussen frequentie, duty cycle en volta-
ge/stroom. Bij het meten van frequentie kan er een keuze gemaakt worden
tussen frequentie en duty cycle (1~99%).
3.9. Auto Power off
Wanneer u het toestel gedurende 15 min niet gebruikt, zal de ingebouwde
zoemer 5 x werken en zal het toestel automatisch in stand by modus scha-
kelen. 1 min later zal de zoemer 1 x lang werken en zal het toestel volle-
dig uitschakelen. Druk op een toets om het toestel opnieuw op te starten.
4. Metingen uitvoeren
4.1. Algemeen
- Indien u niet zeker bent van het meetbereik, begin dan met het hoogste
bereik en naargelang de weergegeven waarde op het scherm schakelt u over
naar een lager bereik.
- Wanneer het scherm de waarde '1' geeft, moet u overschakelen naar een
hoger bereik.
4.2. Spanning meten
- Sluit het zwarte testsnoer (-) aan met de COM aansluiting en het rode (+)
met de V
Ω
Hz aansluiting.
- Stel het gewenste meetbereik in aan de hand van de functieschakelaar.
(V voor gelijkspanning of V voor wisselspanning).
- Het bereik is automatisch ingesteld op AUTO. Druk op de ‘RANGE’ knop om
manueel het bereik te bepalen. U heeft de keuze tussen 400mV, 4V, 40V,
400V en 1000VDC/750VAC.
- Verbind de meetsnoeren met de schakeling parallel over de te meten span-
ning.
- De spanning kan nu worden afgelezen op het scherm. Wanneer bij gelijk-
spanning het rode snoer werd verbonden met de negatieve pool, verschijnt
een minteken op het scherm.
- Let op voor elektrische schokken bij het meten van hoge spanningen. Raak
het circuit niet aan.
- Meet geen spanningen die hoger zijn dan 1000VDC of 750VAC.
4.3. Stroom meten
- Sluit het zwarte testsnoer (-) aan met de COM aansluiting en het rode (+)
met de mA aansluiting voor waarden tot 400mA en met de 20A aansluiting
voor waarden tot 20A.
- Stel het gewenste meetbereik in aan de hand van de functieschakelaar.
(A
voor gelijkstroom, A
voor wisselstroom).
- Verbind de meetsnoeren met de schakeling in serie met de belasting.
3