c. Zijaanzicht met montagevolgorde (fig.7)
frontplaat
rugplaat veer
afstandsmoer
cameramodule
bevestigingsplaat
moer rondellen
fig.7
Monteer de cameramodule als volgt:
- Haal front- en rugplaat uit elkaar.
- Plaats de frontplaat voor de montageopening en steek de schroefdraden erdoor.
- Plaats de rugplaat terug op de frontplaat zodat de bevestigingsplaat tussen beide geklemd zit.
- Zet de afdekplaat vast op de montageplaat door over elk van de 4 uitstekende schroefdraden
een moer te draaien.
- Plaats daarna over elk van de 4 uitstekende schroefdraden achtereenvolgens een rondel,
een veertje en opnieuw een rondel.
- Plaats de montagegaten van de cameramodule over de schroefdraden (zie ook fig.6).
- Draai ten slotte de vier afstandsmoeren vast op de schroefdraden (de korte afstandsmoer
moet op de plaats komen waar de behuizing aan de achterkant van de cameramodule het
dunst is). Door de aanwezige veertjes kan u de positie van de camera zelf bepalen.
- Draai de afstandsmoeren vaster of minder vast aan om de camera dichter resp. verder van
de frontplaat vast te zetten.
10-496 / 10-497 / 10-896 / 10-896-10
6
