Tube Fan
INS00062-B
Originele instructies
NEDERLANDS | 17
L1
L2
L3
3~
3~
L1
L2
L3
AB03 AB04
AB01 AB02
Afbeelding 5:
3~ STER / DRIEHOEK (standaard klemmenbord)
3~
3~
AC
TB
TB
L1
L2
L3
TB
TB
L1
L2
L3
Afbeelding 6:
3~ STER / DRIEHOEK met optionele thermische detectoren
(thermostaten)
Besturing
Deze ventilator wordt geleverd zonder besturing of besturingssysteem. Voor
de bediening van de ventilator moet een besturing of besturingssysteem
voorzien worden.
Scheidingsschakelaar
Deze ventilator wordt geleverd zonder scheidingsschakelaar. Er moet een
scheidingsschakelaar worden voorzien om onderhoud en het oplossen van
problemen veilig te kunnen uitvoeren.
Aarding
De ventilator moet worden geaard. Aard de ventilator volgens de
plaatselijk geldende voorschriften.
LET OP
Overstroom beveiliging
Het gebruik van een individuele afzonderlijke overstroombeveiliging
per ventilator wordt ten zeerste aanbevolen.
LET OP
Overbelastingsbeveiliging
Het gebruik van een individuele afzonderlijke overbelastingsbeveili-
ging (motorbeveiligingsschakelaar) per ventilator wordt ten zeerste
aanbevolen.
5.2.1
Thermische beveiliging
1~ ventilator motor thermische beveiliging
Thermische detectoren zijn standaard ingebouwd in 1~ ventilator motoren.
Thermische detectoren zijn van het type thermostaat TB: thermostaat opent
bij temperatuurstijging.
Bij 1~ ventilator motoren, is de thermostaat (TB) standaard in serie
geschakeld met de fase (L) van de voeding. De motor is zodoende
zelfresettend: Wanneer de motor oververhit raakt, schakelt de thermostaat de
motor automatisch uit en zodra de motor is afgekoeld, start de motor
automatisch opnieuw.
De aanwezigheid van de tekst “Thermally Protected” op de typeplaat en / of
gegevensblad geeft aan dat thermische beveiliging is ingebouwd in de 1~
ventilator motor en dat deze in serie geschakeld is met de fase (L) van de
voeding.
WAARSCHUWING
Als het onverwacht starten van de motor door de thermostaat
gevaar op kan leveren of verboden is volgens plaatselijke voor-
schriften, dan moet de thermostaat worden aangesloten op een
regelcircuit welk de motor niet opnieuw kan laten starten totdat
het circuit handmatig wordt gereset.
3~ ventilator motor thermische beveiliging (optioneel
beschikbaar)
Thermische detectoren zijn optioneel beschikbaar in 3~ ventilator motoren.
Thermische detectoren zijn van het type thermostaat TB: thermostaat opent
bij temperatuurstijging.
Bij 3~ ventilator motoren, zijn de thermostaten (TB) standaard op aparte polen
van het klemmenbord aangesloten. Een extern regelcircuit kan hier
aangesloten worden.
LET OP! De thermostaten in 3~ ventilator
motoren kunnen niet in serie met de voeding geschakeld
worden.
5.2.2
Snelheidsregeling
Controleer of deze ventilator geschikt is voor snelheidsregeling. Op de
typeplaat en het technische gegevensblad staan de volgende (combinatie
van) codes weergegeven:
F
= geschikt voor frequentieregeling / VFD (variabele frequentieregelaar)
E
= geschikt voor elektronische spanningsregeling (TRIAC / fase afsnijding)
T
= geschikt voor transformator spanningsregeling
WAARSCHUWING
Als geen van deze codes is vermeld, kan deze ventilator niet
snelheids geregeld worden!
Variabele frequentieregelaar (FC / frequentieregeling)
• Verlaag de frequentie niet tot minder dan 20% van de nominale frequen-
tie zoals vermeld op de typeplaat.