11
NEDERLANDS
NL
3 MONTAGE
3.1 4000-series 4WD met vaste
maaidekophanging en 2000-se-
ries
Voorbeeld van vaste maaidekverbindingen, zie 3:C
en 4:G.
1. Plaats het maaidek vóór de machine.
2. Controleer of de maaidekophangingen als volgt
op de machine zijn gemonteerd.
• Ring (3:D). Alleen machines t/m 2006.
• Maaidekophanging (3:C).
• Ring (3:B).
• Borgring (3:A).
3. Bevestig de armen aan elkaar. Zie afb. 5.
4. Verwijder de riemkap (6:H) door schroefen 6:I
los te draaien.
5. Draai de schroeven van de riemgeleider een
aantal slagen los (7, 8:K).
6. Stel de maximale maaihoogte in.
7. Verwijder de riem van de maaidekpoelie.
8. Plaats de riem op de machinepoelie en daarna
op de maaidekpoelie.
9. Draai de riemgeleiderschroeven aan (7, 8:K).
10.Span de riem als volgt.
4000-series 4WD:
Neem de hendel van de riemspanner in uw link-
erhand. Trek aan de hendel en vergroot met uw
rechterhand en de riemspanner de spanning op
de buitenkant van de riem. Zie afb. 9.
2000-series:
Span de riem met de riemspanner. De spanner
moet zich binnen de riem bevinden en naar
links uitsteken (gezien vanuit de positie van de
bestuurder). Zie afb. 11.
11.Monteer de riemkap (6:H) met de schroefen
(6:I).
12.Hang de eenheid op in de gereedschapslift. Zie
afb. 13.
13.Zet het maaidek in de basisstand. Zie 3.5.
14.Als het maaidek is uitgerust met een elektrische
hoogte-instelling, sluit dan de kabel aan op het
stopcontact aan de rechtervoorkant van de ma-
chine. Zie afb. 16.
3.2 4000-series 2WD met vaste
maaidekophanging
Voorbeeld van vaste maaidekverbindingen, zie 3:C
en 4:G.
1. Plaats het maaidek vóór de machine.
2. Controleer of de maaidekophangingen als volgt
op de machine zijn gemonteerd.
• Maaidekophanging (4:G).
• Ring (4:F).
• Borgpen (4:E).
3. Bevestig de armen aan elkaar. Zie afb. 5.
4. Stel de maximale maaihoogte in.
5. Plaats de riem op de riempoelie van de ma-
chine.
6. Span de riem als volgt.
Span de riem met de riemspanner. De spanner
moet zich links van de riem bevinden, gezien
vanuit de positie van de bestuurder. Zie afb. 10.
7. Hang de eenheid op in de gereedschapslift. Zie
afb. 13.
8. Zet het maaidek in de basisstand. Zie 3.5.
9. Als het maaidek is uitgerust met een elektrische
hoogte-instelling, sluit dan de kabel aan op het
stopcontact aan de rechtervoorkant van de ma-
chine. Zie afb. 16.
3.3 Machines met snelsluitingen
Voorbeeld van snelsluitingen, zie afb. 12.
1. Plaats het maaidek vóór de machine.
2. Controleer of de snelsluitingen volgens de
meegeleverde afzonderlijke instructie op de
machine zijn gemonteerd.
3. Controleer of de armen van het maaidek zijn
vastgeschroefd in de snelsluitingen. Als dit niet
het geval is, schroeft u de armen vast. Zie afb.
12.
4. Stel de maximale maaihoogte in.
5. Zet de snelsluitingen in de achterste stand. Zie
de meegeleverde afzonderlijke instructies.
6. Plaats de riem op de machinepoelie.
7. Span de riem als volgt.
4000-series 4WD:
Neem de hendel van de riemspanner in uw link-
erhand. Trek aan de hendel en vergroot met uw
rechterhand en de riemspanner de spanning op
de buitenkant van de riem. Zie afb. 9.
4000-series 2WD:
Span de riem met de riemspanner. De spanner
moet zich links van de riem bevinden, gezien
vanuit de positie van de bestuurder. Zie afb. 10.
8. Zet de snelsluitingen in de voorste stand. Zie de
meegeleverde afzonderlijke instructies.
9. Hang de eenheid op in de gereedschapslift. Zie
afb. 13.
10.Zet het maaidek in de basisstand. Zie 3.5.
11.Als het maaidek is uitgerust met een elektrische
hoogte-instelling, sluit dan de kabel aan op het
stopcontact aan de rechtervoorkant van de ma-
chine. Zie afb. 16.