Reiniging en onderhoud
196
11.2 Binnenruimte reinigen
Voorzichtig
Let erop dat er geen roestende voorwerpen in het interieur van het apparaat achterblijven
waardoor ook het materiaal “roestvrij staal” zou kunnen beginnen te roesten. Roestdeeltjes
kunnen afkomstig zijn van niet roestvrij vaatwerk, van reinigingsmiddelen, van beschadigde
draadrekken of van niet-roestwerende waterleidingen.
De volgende hulpmiddelen mogen
niet
gebruikt worden om het apparaat te reinigen:
Hogedrukreinigers
Chloor of andere zuurhoudende reinigingsmiddelen
Sponsen die metaal bevatten of staalborstels
Schuurmiddelen of krassende reinigingsmiddelen
Verwijder het vuil met een borstel of een doekje.
11.3 Sproeiarmen reinigen
Ga voor het bovenste sproeiarm op dezelfde manier te werk.
11.4 Apparaat aan de buitenzijde reinigen
Waarschuwing
Sproei het apparaat en de directe omgeving (wanden, vloer) niet met een waterslang,
stoomreiniger of hogedrukreiniger schoon.
Let erop dat bij het reinigen van de vloer de sokkel van het apparaat niet onder water
komt te staan om te voorkomen dat het water ongecontroleerd het apparaat binnen-
dringt.
Reinig het display met een vochtige doek.
Reinig de buitenzijde met een reinigingsmiddel arbeitsvoor roestvrij staal en poetsmiddel voor roestvrij
staal.
11.5 Maandelijkse reiniging
Vuilvanger reinigen
Draai de watertoevoerkraan dicht.
Reinig de vuilzeef in de vuilvanger.
11.6 Ontkalken
Wanneer het apparaat met erg hard water of zonder waterbehandeling wordt gebruikt moet deze regelmatig
worden ontkalkt (