MD 1050-LED
24.5 Draaiveldcontrole (maximaal 400 V)
Stel zoals in de paragraaf ‘Fasecontrole’ beschreven de fase-voerende geleiders vast.
Leg nu twee fasegeleiders tegen de testpennen aan en raak het vingercontact aan.
Verschijnt ‘<L’ voor een linksom draaiend of ‘R>’ voor een rechtsom draaiend veld. Als
spanning moet 400 V worden weergegeven. Als ‘<L’ op het LED-display wordt
weergegeven en slechts ongeveer 230 V wordt gemeten, maakt slechts één
fasegeleider contact!
24.6 Doorgangsmeting en diodetest
(Voor inschakeling testpennen tegen elkaar houden)
Leg de meetpennen aan de te controleren leiding, zekering o.i.d. Bij een weerstand van
0 … 500 k
Ω
of bij een Halfgeleiderdiode in doorgangsrichting (anode ligt aan meetpen
+!) gaat de ‘Rx/
Ω
’-LED branden en er klinkt een
akoestisch signaal.
24.7 FI/RCD-aanspreektest, PE (aardgeleidertest)
De METREL MD 1050 LED beschikt over een last waarmee een FI/RCD-
beveiligingsschakelaar door middel van twee schakelaars (FI\RCD) kan worden
geactiveerd. Gecontroleerd wordt de FI/RCD (maximaal 30 mA) tussen fase en
aardgeleider (maximaal 240 V).
24.8 Batterij vervangen
Om de batterijen te vervangen het batterijvak onder op de hoofdbehuizing losmaken.
Draai het batterijvak 90° om het er omlaag uit te kunnen trekken. Let bij het plaatsen
van de nieuwe batterijen op de juiste polariteit.
De pluspolen van de batterijen wijzen naar het midden van het apparaat.Het apparaat
mag nooit zonder deksel op het batterijvak worden gebruikt.
Opmerking: batterijen horen niet bij het huisvuil. Ook bij u in de buurt is een
verzamelpunt!
30
