35
Stofafzuiging
Gebruik bij voorkeur het stofzuigmondstuk (optioneel
accessoire) om schoner te kunnen werken.
(Fig. 13)
Om het stofzuigmondstuk op het gereedschap te monte-
ren, steekt u de haak van het stofzuigmondstuk in het gat
in de gereedschapsvoet.
Het stofzuigmondstuk kan aan de linker of rechter zijde
van de voet worden geïnstalleerd.
(Fig. 14)
Sluit daarna een Makita stofzuiger aan op het stofzuig-
mondstuk.
(Fig. 15)
BEDIENING
LET OP:
• Houd de voet van het gereedschap altijd vlak met het
werkstuk. Als u dit niet doet, kan het zaagblad breken,
hetgeen ernstige verwonding kan veroorzaken.
(Fig. 16)
Schakel het gereedschap in zonder dat het zaagblad iets
raakt en wacht tot het zaagblad op volle snelheid draait.
Plaats dan de voet van het gereedschap vlak op het
werkstuk en beweeg het gereedschap langzaam naar
voren langs de van te voren op het werkstuk aange-
brachte zaaglijn.
OPMERKING:
• Als u het gereedschap doorlopend gebruikt totdat de
accu volledig ontladen is, moet u het gereedschap
15 minuten laten rusten alvorens met een nieuwe accu
verder te werken.
Voor het zagen van bochten dient het gereedschap zeer
langzaam naar voren te worden bewogen.
Zagen onder een schuine hoek (Fig. 17)
LET OP:
• Zorg er altijd voor dat de machine is uitgeschakeld en
de accu is verwijderd, voordat u de voet kantelt.
Door de gereedschapsvoet schuin te zetten kunt u
schuin zagen bij een willekeurige hoek tussen 0° en 45°
(links of rechts).
Draai met de inbussleutel de bout aan de achterkant van
de voet los. Beweeg de voet zodat de bout vlak in het
midden van de schuine sleuf in de voet komt te zitten.
(Fig. 18)
Kantel de gereedschapsvoet om de gewenste schuine
hoek te krijgen. De V-inkeping in het tandwielhuis geeft
de schuine hoek in schaalverdelingen aan. Draai daarna
de bout vast om de voet vast te zetten.
(Fig. 19)
Zagen tot helemaal tegen de kant
Draai met de inbussleutel de bout aan de achterkant van
de voet los en schuif de gereedschapsvoet helemaal
naar achteren. Draai daarna de bout vast om de voet
vast te zetten.
(Fig. 20)
Figuren uitzagen
Voor het uitzagen van figuren kunt u methode A of B
gebruiken.
A) Voorboren van een startgaatje (Fig. 21):
Om figuren onmiddellijk in het midden van het werk-
stuk uit te zagen, en dus niet vanaf de rand, dient u
eerst een startgaatje met een diameter van 12 mm of
meer te boren. Steek het zaagblad door dit gaatje en
begin dan met te zagen.
B) Invalzagen (Fig. 22):
U hoeft geen startgaatje te boren of geen geleides-
nede te maken indien u voorzichtig als volgt te werk
gaat.
1. Houd het gereedschap schuin voorover door
alleen het voorste gedeelte van de voet op het
werkstuk te laten rusten, met de punt van het
zaagblad net boven het werkstukoppervlak.
2. Oefen een beetje druk uit op het gereedschap om
te voorkomen dat de voorrand van de voet kan
bewegen, en schakel het gereedschap in. Laat het
achterste van het gereedschap langzaam zakken.
3. Naarmate het zaagblad door het werkstuk heen
zaagt, laat u de voet van het gereedschap lang-
zaam op het werkstukoppervlak zakken.
4. Zaag verder op de normale manier.
Afwerken van de randen (Fig. 23)
Voor het afwerken van randen of voor nauwkeurig op
maat zagen, laat u het zaagblad lichtjes langs de
gezaagde randen lopen.
Zagen van metaal
Voor het zagen van metaal dient u altijd een geschikt
koelmiddel (snijolie) te gebruiken. Wanneer u dit niet
doet, zal het zaagblad snel slijten. In plaats van een koel-
middel te gebruiken, kunt u ook de onderkant van het
werkstuk invetten.
Breedtegeleider-set (optioneel accessoire)
LET OP:
• Zorg er altijd voor dat de machine is uitgeschakeld en
de accu is verwijderd, voordat u accessoires monteert
of verwijdert.
1.
Rechte stukken zagen (Fig. 24 en 25)
Wanneer u herhaaldelijk stukken die 160 mm of min-
der breed zijn wilt zagen, kunt u snel rechte en
schone sneden krijgen door de breedtegeleider te
gebruiken. Om de breedtegeleider te installeren,
steekt u deze met zijn geleider naar beneden gericht
door de rechthoekige opening op de zijkant van de
gereedschapsvoet. Schuif de breedtegeleider naar
de positie van de gewenste breedte, en draai dan de
bout vast om hem vast te zetten.
2.
Cirkels en bogen zagen (Fig. 26 en 27)
Wanneer u cirkels of bogen met een straal van
170 mm of minder wilt zagen, dient u de breedtege-
leider als volgt te installeren.
•
Steek de breedtegeleider met zijn geleider naar
boven gericht door de rechthoekige opening op de
zijkant van de gereedschapsvoet. Steek de pin van
de cirkelgeleider door een van de twee gaatjes in de
geleider. Zet de pin vast door de schroefknop erop
te schroeven.
•
Schuif nu de breedtegeleider naar de positie van de
gewenste straal, en zet deze vast door de bout vast
te draaien. Schuif daarna de voet van het gereed-
schap helemaal naar voren.
OPMERKING:
• Gebruik altijd zaagbladen Nr. B-17, B-18, B-26 of B-27
wanneer u cirkels of bogen wilt zagen.
Geleiderailadapter-set (accessoire) (Fig. 28)
Wanneer u evenwijdige stukken van gelijke breedte wilt
zagen of recht wilt zagen, kunt u snel en schoon zagen
door de geleiderail en de geleiderailadapter te gebruiken.