Montage (Stand 1)
1.
Monteer de vier poten door de bovenste en onderste poten volgens dezelfde
markeringen met elkaar te verbinden. (A+A, B+B, C+C, D+D).
(Figuur 1)
2.
Schroef de poten aan de stoelzitting vast.
(Figuur 2, Figuur 3)
Draai de schroef nog niet helemaal vast.
1.
Monteer de twee beensteunen en voetsteunen met de schroeven en moeren ‘A’,
‘B’, ‘C’ en ‘D’.
(Figuur 4)
a.
Begin met het vastzetten van de twee beensteunen met behulp van schroef
‘C’ en een moer door het middelste gat. De gaten in de beensteunen moeten
aan de onderzijde zitten.
b.
Monteer vervolgens de voetsteun op de voorzijde van de stoel. Schroeven ‘A’
(de twee langere schroeven) moeten door de voetsteun gaan, vervolgens door
de stoelpoot en de beensteun waarna ze met een moer worden vastgezet.
De beensteun met de markering ‘O’ moet aan de linkerzijde komen.
(Figuur 5)
1
2
3
4
5
19
NL