DEFECT
MOGELIJKE OORZAAK
PROBLEEMOPLOSSING
Het resultaat van de wascyclus is niet
bevredigend.
Het wasgoed is te vuil voor het
geselecteerde programma.
Gebruik de tabel met programma’s om het meest
geschikte programma te kiezen.
De hoeveelheid wasmiddel is
onvoldoende.
Gebruik de hoeveelheid wasmiddel die
aangegeven staat op de verpakking.
De trommel is te vol geladen.
Controleer of de maximale capaciteit voor
het geselecteerde programma niet werd
overschreden.
Het resultaat van de wascyclus is
onvoldoende.
Hard water.
Verhoog de hoeveelheid wasmiddel volgens de
instructies van de fabrikant.
Het wasgoed is slecht in de trommel
geladen.
Zorg ervoor dat het wasgoed gelijkmatig is
verdeeld.
Zodra de machine gevoed wordt
met water, kunnen er lekken worden
waargenomen.
Het uiteinde van de afvoerslang is te
laag ten opzichte van de machine.
Zorg ervoor dat de afvoerslang op een geschikte
hoogte is gemonteerd. (**)
Er kan tijdens het wassen geen water
worden waargenomen in de trommel.
Dit is geen defect. Het water bevindt
zich in het niet-zichtbare deel van de
trommel.
.....................................................
Het wasgoed vertoont resten wasmiddel.
Het is mogelijk dat deeltjes van
sommige wasmiddelen die slecht
oplossen waargenomen worden onder
de vorm van witte puntjes op het
wasgoed.
Voer een extra spoelcyclus uit of reinig het
wasgoed na het drogen met een borstel.
Het wasgoed vertoont grijze puntjes.
Het wasgoed vertoont sporen van
onbehandelde olie, crème of zalf.
Gebruik de hoeveelheid wasmiddel die
aangegeven staat op de verpakking bij de
volgende wasbeurt.
De centrifugeercyclus werkt niet of start
later op dan voorzien.
Geen defect. Het onbalans-
controlesysteem werd geactiveerd.
Het onbalans-controlesysteem zal proberen
het wasgoed gelijkmatig te verdelen. De
centrifugeercyclus zal opstarten zodra het
wasgoed correct is verdeeld. Laad het wasgoed
gelijkmatig in bij een volgende wasbeurt.
(*) Zie het hoofdstuk betreffende het onderhoud en de reiniging van het toestel.
(**) Zie het hoofdstuk betreffende de installatie van het toestel.
NL
169
V.1.0