LaserLiner ThermoSpot-Vision, Руководство пользователя

Страница: 27 / 224

ThermoSpot-Vision
27 NL
IR-meting / dauwpunt
Na de keuze van de modus 'IR-meting' of 'Dauwpunt' verschijnt de dienovereenkomstige weergave op het
display. Hiermee kunnen dezelfde meetgrootheden bepaald en weergegeven worden als in de cameramodus,
echter zonder de mogelijkheid voor een live-beeld en de opname. In principe bestaat het verschil tussen de
modi 'IR-meting' en 'Dauwpunt' voornamelijk in de functie van het staafdiagram onder op het display.
IR-meting Dauwpunt
Staafdiagram IR-meting:
geeft het meetbereik van de actuele meting
binnen het min/max-bereik aan.
Staafdiagram dauwpunt:
geeft de procentuele waarschijnlijkheid van de
condensaatvorming op het oppervlak aan. Zodra
de oppervlaktetemperatuur overeenkomt met
of lager is dan het dauwpunt, bestaat 100
Ɓ %
condensatiewaarschijnlijkheid.
11
Gegevenslog
Na de selectie van de modus 'Gegevenslog' verschijnt het instellingsmenu op het display. Na het instellen van
de dienovereenkomstige parameters wordt de gegevensopname door indrukken van de ontspanner automa-
tisch gestart. Op het display verschijnt een real time-curvediagram. Stop de opname door indrukken van de
toets 'ESC' en keer terug naar het instellingsmenu. De gegevensopname wordt automatisch opgeslagen.
12
Boven (High) Bovenste temperatuurgrens vastleggen
Onder (Low)
Onderste temperatuurgrens vastleggen
Interval (Time) Meetinterval vastleggen (1 sec. tot 3.600 sec.)
Kleur (Color) Kleur van de temperatuurcurve vastleggen
Instel. meting
(Measure Set)
Instellingen voor de meetmodus (zie punt 8)
Vastgelegde bovenste temperatuurgrens (rode lijn)
Vastgelegde onderste temperatuurgrens (groene lijn)
Actueel gemeten temperatuur
Temperatuurverloop (lijnkleur instelbaar)