BASISBEDIENING
AAN/UITSCHAKELEN
Druk op
[ ]
om de zendontvanger in te schakelen.
Druk nogmaals op
[ ]
om de zendontvanger uit te schakelen.
VOLUME INSTELLEN
Druk op de knop geprogrammeerd als
[Volume omhoog]
om het volume te
verhogen. Druk op de knop geprogrammeerd als
[Volume omlaag]
om het volume
te verlagen.
ZONE EN KANAAL SELECTEREN
Selecteer de gewenste zone en het gewenste kanaal met behulp van de knoppen
geprogrammeerd als
[Zone omhoog]
/
[Zone omlaag]
en
[Kanaal omhoog]
/
[Kanaal omlaag]
.
●
De zendontvanger heeft mogelijk geprogrammeerde namen voor zones en kanalen. De
zonenaam en kanaalnaam kunnen maximaal 14 tekens hebben. Bij het kiezen van een
zone verschijnt de zonenaam boven de kanaalnaam.
●
Wanneer door de handelaar geprogrammeerd, geeft de zendontvanger de zone- en
kanaalnummers aan bij het veranderen.
ZENDEN
1
Selecteer de gewenste zone en het gewenste kanaal.
2
Druk op de
PTT
-schakelaar en spreek in de microfoon. Laat de
PTT
-schakelaar
los voor ontvangst.
●
De LED-indicator licht rood op tijdens het zenden en groen bij het ontvangen van een
signaal. Deze indicator kan door uw handelaar worden uitgeschakeld.
●
Voor de beste geluidskwaliteit bij de de ontvangende zender, moet u de microfoon
ongeveer 3 tot 4 cm van uw mond houden.
ONTVANGEN
Selecteer de gewenste zone en het gewenste kanaal. Als signalering is
geprogrammeerd op het kanaal, hoort u alleen een oproep als het ontvangen signaal
overeenkomt met de instellingen van uw zendontvanger.
N-12