26
Instructiehandleiding GPS-navigatie
De instellingen aanpassen
U kunt de instellingen van uw GPS-navigatiesysteem aanpassen.
Het navigatiesysteem aanpassen
1
Tik op Instellingen.
2
Tik op de instelling die u wilt wijzigen.
3
Tik op de knop onder de naam van de
instelling om deze te wijzigen.
De systeeminstellingen wijzigen
Tik op Instellingen > Systeem.
•
GPS-simulator
: hiermee kan de simulator de GPS-modus
uitschakelen en navigatie simuleren.
•
Eenheden
: hiermee wijzigt u de maateenheden.
•
Toetsenbordindeling
: hiermee selecteert u een indeling
voor het toetsenbord.
•
Info
: hiermee kunt u de nummers van de softwareversie, het
toestel en de toestel-id weergeven.
•
Herstel
: hiermee herstelt u de oorspronkelijke
systeeminstellingen.
De kaartinstellingen wijzigen
Tik op Instellingen > Kaart.
•
Kaartdetail
: hiermee stelt u in hoeveel details op de
kaart worden weergegeven. Als er meer details worden
weergegeven, wordt de kaart mogelijk langzamer opnieuw
getekend.
•
Kaartweergave
: hiermee wijzigt u het perspectief van de
kaart.
•
Voertuig
: tik op
Wijzig
om het pictogram te wijzigen
waarmee uw positie op de kaart wordt aangegeven. Tik op
het pictogram dat u wilt gebruiken en tik vervolgens op
OK
.
•
Triplog
: hiermee toont of verbergt u uw reislogboek. Tik op
Extra
>
Mijn gegevens
>
Triplog wissen
om het triplog te
wissen. Zie
voor het opslaan van triplogs.
•
Kaartgegevensopmaak
: hiermee kunt u de indeling van de
hoofdkaart wijzigen.
•
Kaartinfo
: hiermee geeft u de kaarten en hun versie weer
die op het navigatiesysteem zijn geladen. Tik op een kaart om
die kaart in (met vinkje) of uit (zonder vinkje) te schakelen.
•
Herstel
: hiermee herstelt u de oorspronkelijke
kaartinstellingen.
Navigatie-instellingen wijzigen
Tik op Instellingen > Navigatie.
•
Routevoorkeur
: hiermee selecteert u een voorkeur voor het
berekenen van de route.
•
Te vermijden
: hiermee selecteert u de wegtypen die u op
uw routes wilt vermijden of juist graag wilt volgen.
•
Herstel
: hiermee herstelt u de oorspronkelijke navigatie-
instellingen.
•
Gesproken aanwijzingen
: hiermee schakelt u gesproken
aanwijzingen in en uit.
De scherminstellingen wijzigen
Tik op Instellingen > Scherm.
•
Kleurmodus
: selecteer
Dag
voor een lichte achtergrond,
Nacht
voor een donkere achtergrond of
Auto
om
automatisch tussen deze twee opties te schakelen.
•
Herstel
: hiermee herstelt u de oorspronkelijke weergave-
instellingen.
Routevoorkeuren
Tik op Instellingen > Navigatie >
Routevoorkeur.
De routeberekening is gebaseerd op de
snelheidsgegevens van een weg en de
versnellingsgegevens van een voertuig voor een
bepaalde route.
•
Snellere tijd
: hiermee berekent u routes die sneller worden
afgelegd, maar mogelijk langer zijn.
•
Kortere afstand
: hiermee berekent u routes die korter zijn,
maar mogelijk langzamer worden afgelegd.
•
Zuinig rijden
: hiermee berekent u routes waarvoor minder
brandstof nodig is dan voor andere routes.
•
Op verzoek
: vraagt u een routeberekeningsmethode te
selecteren voor de navigatie (meerdere routevoorbeelden,
zie
).
•
Offroad
:
berekent een rechte lijn van uw huidige locatie naar
uw bestemming.