12
NL
Het plaatsen van de lades &
vloerplinten
1. Plaats één set van de ladegeleiders aan beide
zijden van de kast en op de gewenste hoogte.
2. Schuif de lade op zij plaats.
3. Herhaal deze handeling voor de overige lades.
4. Plaats de vloerplinten aan de onderkant van de
kast en zorg dat het vlakke deel niet in contact
is met de vloer.
Opmerking: dit is uiterst
belangrijk zodat een correcte
afvoer van condenswater wordt
gewaarborgd.
Bediening
Opslag van levensmiddelen
Volg de volgende aanwijzingen voor de beste
resultaten met uw product:
• Bewaar uitsluitend levensmiddelen in het
product wanneer het product de juiste
gebruikstemperatuur heeft gereikt.
• Plaats geen open warme levensmiddelen of
vloeistof in het product.
• Voedsel bedekken en inwikkelen wanneer
mogelijk.
• Niet de interne ventilatoren in het product
blokkeren.
• Laat de deuren niet al te lang openstaan.
Inschakelen
1. Controleer of stroomschakelaar in de positie [
O
]
staat en de steker in het stopcontact zit.
2. Zet de Power (Stroom) [
I
] aan. De actuele
interne temperatuur van het product wordt
weergegeven.
Bedieningspaneel
Te ontgrendelen / vergrendelen van het
toetsenbord drukt
en
samen gedurende
3 seconden. Knippert PON (Unlocked) / POF
(gesloten).
Werktemperatuur instellen
1. Druk op de
SET
knop. Het display knippert.
2. Druk op de
of
knoppen om de
vereiste temperatuur weer te geven.
3. Druk op de
SET
knop om de
temperatuurwaarde op te slaan.
Handmatig ontdooien
De knop “
aux
” indrukken en gedurende
2 seconden ingedrukt houden om ontdooiing te
starten. Het ontdooiingslampje gaat aan.
Reiniging, zorg &
onderhoud
Ontdooien apparaten ten minste
om de 3 maanden, vaker indien
nodig
.
Alvorens het apparaat
te reinigen dient men de
stroomvoorziening uit te
schakelen.
• Reinig zo vaak mogelijk de binnenkant van het
product.
• Gebruik géén schurende reinigingsmiddelen.
Dergelijke middelen kunnen schadelijke resten
achterlaten.
• Reinig de deurafdichting uitsluitend met water.
• Na reiniging altijd droogmaken.
• Het voor reiniging gebruikte water mag niet
door het afvoergat naar de verdampingspan
stromen.
• Ga voorzichtig te werk bij het reinigen van de
achterzijde van het product. Scherpe randen
kunnen snijwonden veroorzaken.
• Eventuele reparaties moeten door een
POLAR technicus of een vaktechnicus worden
uitgevoerd.