OPMERKING
•
Het klikgeluid van de pal op het rateltandwiel is normaal tijdens het heffen van een last.
Last zakken (OMLAAG-stand)
Zie Tek. MHP3291 op pagina 13.
De volgende procedure veronderstelt dat de keuzehendel van de takel in OMHOOG-stand staat, dat de takel de last
vasthoudt en dat de operator de last wil laten zakken:
1.
Plaats keuzehendel in de OMLAAG-stand.
2.
Draai de (ratel) handhendel linksom om de last te laten zakken.
OPGELET
•
Om letsel en materiële schade te voorkomen laat steeds de last zakken tot de lastketting slap wordt voor
u naar NEUTRALE-stand overschakelt.
WAARSCHUWING
•
Ga niet verder met het zakken van de takel nadat het kettinganker met de takelbehuizing in contact is
gekomen. Door optredende schade aan de takel kan de last vallen wat tot ernstige letsels, de dood of
materiële schade kan leiden.
Werking glijkoppeling
Takels zijn uitgerust met een glijkoppeling. Wanneer u een last probeert te heffen die zwaarder is dan de capaciteit
van de takel, zal de handhendel draaien zonder de last te heffen. De overbelastingskoppeling was ingesteld om te
glijden bij een nominale instelling van 150 % nominale belasting met een bereik van ±20 %.
INSPECTIE
De inspectie-informatie is gedeeltelijk gebaseerd op de Amerikaanse normen van de Veiligheidscodes voor
Mechanische Technici (American Standards of Mechanical Engineers Safety Codes) B30,21.
WAARSCHUWING
•
Alle nieuwe of gerepareerde apparatuur dient te worden geïnspecteerd en getest door door Ingersoll
Rand opgeleide technici om een veilige werking te verzekeren bij de nominale specificaties voordat de
apparatuur in bedrijf wordt gesteld.
•
Gebruik in geen geval een takel die bij inspectie sporen van schade vertoont.
Bij normaal gebruik moet de apparatuur regelmatig en periodiek worden geïnspecteerd. Frequente inspecties zijn
visuele onderzoeken uitgevoerd door de bedieners of door Ingersoll Rand opgeleide inspecteurs en bevatten
observaties die worden uitgevoerd tijdens routinematige apparatuurwerking. Periodieke inspecties zijn zorgvuldige
inspecties die worden uitgevoerd door door Ingersoll Rand opgeleide technici.
De intervals voor inspectie zijn volgens ASME B30,21 afhankelijk van de aard van de belangrijke onderdelen van de
apparatuur en de mate van gebruik. Raadpleeg de tabel 'Inspectieclassificaties' en de tabel ‘Onderhoudsintervallen’
in de Productonderhoudhandleiding voor aanbevolen onderhoudsintervallen. Zorgvuldige inspectie op een
regelmatige basis kan al in een vroeg stadium potentieel gevaarlijke situaties aan het licht brengen. Er kunnen dan
stappen worden ondernomen voordat het probleem ernstige vormen aanneemt.
NL
Formulier 48488878 Uitgave 2
159