290
voor de juiste instelling van de dieptesteller voor uw
specifieke ketting.
(Fig. 67)
(Fig. 68)
Let op:
Bij deze aanbeveling wordt ervan uitgegaan
dat de lengte van de snijtanden niet abnormaal afgevijld
werd.
Gebruik een platte vijl en een vijlmal om de hoogte van
de dieptesteller aan te passen.
1. Plaats de vijlmal op de zaagketting. Gedetailleerde
informatie over het gebruik van de vijlmal staat op de
verpakking van de vijlmal.
2. Gebruik de platte vijl om het overschot van het deel
van de dieptestellernok dat onder de mal uitkomt,
weg te vijlen. De snijdiepte is correct als u geen
weerstand voelt wanneer u de vijl over de mal haalt.
Zaagketting spannen
Let op:
Controleer gedurende de inloopperiode
regelmatig de spanning van een nieuwe zaagketting.
1. Draai de geleidermoeren los die het koppelingdeksel
op zijn plaats houden. Gebruik de combinatietang.
(Fig. 69)
2. Draai de geleidermoeren met de hand zo vast
mogelijk aan.
3. Til de bovenzijde van de geleider omhoog en rek de
zaagketting uit door de kettingspannerschroef aan
te draaien. Gebruik de combinatietang. Verhoog de
spanning van de zaagketting totdat deze niet meer
slap onder de geleider hangt. (Fig. 70)
4. Draai de geleidermoeren vast met de
combinatietang en til tegelijkertijd de punt van de
geleider omhoog. (Fig. 71)
5. Controleer of u de zaagketting met de hand soepel
kunt draaien en of de ketting niet slap hangt. (Fig.
72)
Snijuitrusting smeren
Smering van de zaagketting controleren
Controleer de smering van de kettingzaag telkens
wanneer u brandstof bijvult.
1. Start het apparaat en laat het draaien op driekwart
van het maximale toerental. Richt de neus van de
geleider op een lichtgekleurd oppervlak dat zich op
een afstand van bijna 20 cm (8 inch) bevindt.
2. Na één minuut draaien is op het lichtgekleurde
oppervlak een oliestreep zichtbaar.
3. Als de oliestreep na één minuut niet zichtbaar is,
reinigt u het oliekanaal in de geleider. Reinig de
groef in de rand van de geleider. Controleer of het
kettingwiel in de neus van de geleider vrij draait en
of de smeeropening niet is verstopt. Reinig en smeer
het neuskettingwiel.
4. Start het apparaat en laat het draaien op driekwart
van het maximale toerental. Richt de neus van de
geleider op een lichtgekleurd oppervlak dat zich op
een afstand van bijna 20 cm (8 inch) bevindt.
5. Na één minuut draaien is op het lichtgekleurde
oppervlak een oliestreep zichtbaar.
6. Als de oliestreep na één minuut niet zichtbaar is,
neemt u contact op met uw erkende dealer.
Transport
• Plaats de transportbescherming tijdens transport op
de snijuitrusting om letsel te voorkomen.
• Zorg dat het product niet kan bewegen tijdens het
vervoer.
Opslag
• Berg het apparaat altijd veilig op wanneer u
het niet gebruikt. Lekkages en dampen uit het
apparaat kunnen in aanraking komen met vonken
of open vuur van elektrische apparatuur, elektrische
grasmaaiers, relais, schakelaars, ketels enzovoort.
• Bewaar brandstof altijd in een goedgekeurde
jerrycan.
• Leeg de brandstof- en kettingolietank wanneer u
het apparaat voor langere tijd opslaat. Zorg dat de
gebruikte vloeistoffen veilig worden afgevoerd.
• Plaats de transportbescherming tijdens opslag op de
snijuitrusting om letsel te voorkomen.
• Verwijder de kap van de bougie en schakel de
kettingrem in voordat u het apparaat opslaat.
288
862 - 003 - 09.07.2022
Содержание 130 Mark II
Страница 2: ...1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 ...
Страница 4: ...27 28 29 30 31 32 33 34 ...
Страница 5: ...35 36 37 38 39 40 41 42 ...
Страница 6: ...43 44 45 46 47 48 49 50 ...
Страница 7: ...51 52 53 54 55 56 57 C D 58 ...
Страница 8: ...59 60 A B C 61 A 62 A 63 64 Ø 65 66 ...
Страница 9: ...A B C 67 68 69 70 71 72 ...
Страница 469: ...862 003 09 07 2022 469 ...
Страница 470: ...470 862 003 09 07 2022 ...
Страница 471: ...862 003 09 07 2022 471 ...