VDP1000SW
5
VELLEMAN
4. Installatie
a) Zekering
•
U mag een zekering enkel plaatsen of vervangen wanneer het toestel niet is aangesloten op het lichtnet.
•
Vervang een gesprongen zekering door een zekering van hetzelfde type en met dezelfde specificaties (zie
“
Technische specificaties
”). Ga als volgt te werk:
1. Verwijder de zekeringhouder onder de voedingsaansluiting met behulp van een gepaste schroevendraaier.
2. Verwijder de oude zekering en breng de nieuwe in.
3. Plaats de zekeringhouder weer in de behuizing.
b) Toestel monteren
•
Laat een geschoolde technicus dit toestel installeren conform EN 60598-2-17 en andere toepasselijke normen.
•
De constructie waaraan het toestel wordt bevestigd, moet gedurende 1 uur 10 x het gewicht van dit toestel
kunnen dragen zonder te vervormen.
•
Maak het toestel ook vast met een veiligheidskabel.
•
Sta nooit recht onder het toestel wanneer u het monteert, verwijdert of schoonveegt. Laat het toestel controleren
door een geschoolde technicus voor u het in gebruik neemt en laat het 1 x per jaar volledig nakijken.
•
Installeer dit toestel op een plaats waar niemand langs moet lopen, kan neerzitten of het toestel kan aanraken.
•
Een degelijke praktijkervaring is vereist voor de plaatsing van dit toestel. U moet de maximumbelasting van de
draagconstructie kunnen berekenen, weten welk constructiemateriaal u kunt gebruiken en u moet het gebruikte
materiaal en het toestel af en toe laten nakijken. Monteer het toestel niet zelf indien u er geen ervaring mee heeft.
Een slechte montage kan leiden tot verwondingen.
•
Regel de gewenste invalshoek door middel van de montagebeugel en draai de regelschroeven stevig aan.
•
Verwijder alle brandbaar materiaal in een straal van 0.5m rond het toestel.
•
Een geschoolde elektricien moet het toestel aansluiten.
•
Sluit het toestel via de stekker aan op het lichtnet. Sluit het niet aan op een dimmerpack.
•
De installatie moet voor het eerste gebruik gekeurd worden door een expert.
5. Gebruik
a. DMX-512-aansluitingen
Sluit de meegeleverde XLR-kabel aan de vrouwelijke 3-pin XLR-uitgang van de controller en de andere kant van de
mannelijke 3-pin XLR-ingang van de
VDP1000SW
. U kunt verscheidene
VDP1000SW
s aan elkaar koppelen met
behulp van een seriële koppeling. Gebruik daarvoor een 2-aderige afgeschermde kabel met XLR ingang- en
uitgangsaansluitingen. Zie de tekening hieronder.
b. DMX-512-keten met terminator
Een DMX terminator is aanbevolen als de DMX kabel vrij lang is of wordt gebruikt in een
omgeving met veel elektrische ruis (bvb. een discotheek). De terminator voorkomt
corruptie van het digitale controlesignaal door elektrische ruis. De DMX terminator is niets
meer dan een XLR plug met een weerstand van 120 van pin 2 naar 3. Deze XLR plug
wordt dan aangesloten op de XLR uitgang van het laatste toestel in de reeks. Zie de
illustraties links.
c. Startadres van de projector kiezen
Alle DMX-gestuurde toestellen hebben een digitaal startadres nodig, zodat het juiste toestel reageert op de signalen.
Dit digitale startadres is het kanaalnummer van waarop het toestel “luistert” naar het signaal van de DMX controller.
Geef het correcte nummer in en lees het af op de display onderaan uw
VDP1000SW
.