Nederlands
45
de stroomopbrengst bij het eerste en tweede gebruik
slechts gering zijn. Dit is een tijdelijk verschijnsel;
de normale oplaadtijd kan hersteld worden door de
accu 2 à 3 maal bij kamertemperatuur op te laden.
Om langdurig gebruik van de batterij te bevorderen
(1) Laad batterij op vóórdat ze volledig uitgeput zijn.
Merkt u dat de gevoede apparatuur minder krachtig
gaat werken, onderbreek dan het gebruik en laad
de batterij op. Als u apparatuur op batterijvoeding
te lang blijft gebruiken, kan dit leiden tot teruglopen
van de batterijwerking en eventueel zelfs
beschadiging ervan.
(2) Verricht het opladen niet bij hoge temperatuur.
Een oplaadbare batterij zal onmiddellijk na gebruik
gewoonlijk erg warm zijn. Als u een dergelijke batterij
onmiddellijk gaat opladen, zal de chemische balans
in het inwendige verstoord worden en zal de
levensduur van de batterij afnemen. Laat de batterij
daarom even afkoelen, voor u met opladen begint.
LET OP
䡬
Als de batterij bij gebruik te warm geworden is
(door gebruik in de volle zon e.d.), bestaat de kans
dat het controlelampje niet rood oplicht. Mocht dit
zich voordoen, laat de batterij dan eerst even
afkoelen alvorens u deze oplaadt.
䡬
Wanneer het controlelampje snel in rood flikkert
(vijfmaal per sekonde), neem de batterij dan uit het
oplaadapparaat en controleer de opening van de
laatste dan op de aanwezigheid van een voorwerp
dat er niet hoort. Is er geen voorwerp in de opening
aanwezig, dan is de storing waarschijnlijk te wijten
aan de oplaadbare batterij of het oplaadapparaat.
Laat deze dan controleren door een bevoegd
onderhoudscentrum.
䡬
Aangzien de ingebouwde micoprocessor van de
UC14YF / UC14YF2 een drietal sekonden nodig heeft
om te reagren op het loskoppelen van de batterij,
dient u minimaal drie sekonden te wachten voordat
u de batterij weer aansluit om het laden te vervolgen.
Als de batterij binnen de drie sekonden wordt
aangesloten, bastaat dat kans de deze niet goed
wordt opgeladen.
VOOR HET GEBRUIK
1. Gereedmaken en kontroleren van de werkplaats
Kontroleer of de werkplaats geschikt is door
nauwkeurig de genormde voorzorgsmaatregelen op
te volgen.
2. Kontroleer of de accu op de juiste manier aangebracht
is.
3. Stand van de voorwaarts/achterwaarts-
keuzeschakelaar
(1) Druk de voorwaarts/achterwaarts-keuzeschakelaar
vanaf de rechterkant aan, zoals getoond in
Afb. 4-
1
. Knippen is mogelijk in de
richting.
(2) Als de voorwaarts/achterwaarts-keuzeschakelaar in
de
(midden) positie wordt gezet, zoals getoond
in
Afb. 4-2
, zal de motor niet funktioneren, zelfs al
wordt de hoofdschakelaar ingetrokken. Als u het
apparaat vervoert, niet gebruikt of als u stopt met
knippen, zet de voorwaarts/achterwaarts-
keuzeschakelaar dan in de
stand.
(3) Druk de voorwaarts/achterwaarts-keuzeschakelaar
vanaf de linkerkant aan, zoals getoond in
Afb. 4-3
, om de keuzeschakelaar op
te zetten.
Trek de hoofdschakelaar nu langzaam in, terwijl u
de keuzeschakelaar ingedrukt houdt en haal de
knipper van het draadeind. Zet de voorwaarts/
achterwaarts-keuzeschakelaar alleen in deze positie
als de accu uitgeput is en het apparaat stopt tijdens
het knippen. Laat de hoofdschakelaar los, zodra u
de knipper van het draadeind heeft verwijderd.
Als u uw vinger van de hoofdschakelaar haalt, keert
de voorwaarts/achterwaarts-keuzeschakelaar
automatisch terug naar de
positie.
LET OP
Probeer niet te knippen als de voorwaarts/
achterwaarts-keuzeschakelaar op
staat. Als u
probeert te knippen met de keuzeschakelaar in deze
stand, zal de motor belast raken en knippen is niet
mogelijk. Oefen nooit te veel kracht op het apparaat
uit, aangezien dit beschadiging van het apparaat ten
gevolge zal hebben.
Afb. 4-1
Afb. 4-2
Afb. 4-3
4. Kontroleer de afmeting van de knip-elementen, de
bevestigingsrichting, de bevestigingsbout en de
vulplaatjes.
(1) De afmetingen van de knip-elementen variëren met
de diameter van het draadeind dat geknipt moet
worden. Zorg dat er knip-elementen zijn geplaatst
met een diameter die overeekomt met de diameter
van het te knippen draadeind.
(2) Bij het bevestigen van de knipper, dient u ook te
letten op de richting waarin deze bevestigd wordt.
Let op dat de knipper zo bevestigd is dat het
merkteken op het oppervlak van het knip-element
op beugel (A) (bewegende kant) te zien is, als u
vanaf de voorkant naar het apparaat kijt, of dat de
inkeping op het oppervlak van het knip-element op
beugel (B) (vaste kant) te zien is.
Afb. 5
Voorwaarts/achterwaarts-keuzeschakelaar
(Gezien vanaf de kant van het handvat)
Verwijderen
onder het knippen
Draait
niet
Tijdens het
Knippen
Kant met merkteken
Vulplaatje
(alleen bij
knippen van
M6, M8 of M10)
Inbusbout
Beugel (A)
(bewegende kant)
Vulplaatje
(alleen bij
knippen van
M6, M8 of M10)
Kant met inkeping
Beugel (B)
(vaste kant)
Содержание CL 10D
Страница 62: ...61 ...