66
NL
• Houd het snoeigereedschap stil wan-
neer het apparaat gekanteld moet
worden, voor het transport op andere
vlakten dan gras en wanneer het ap-
paraat van de te maaien vlakte weg of
in de richting van de te maaien opper-
vlakte voortbewogen wordt.
• Gebruik nooit het apparaat met be-
schadigde beschermingsinrichtingen
of beschermroosters of zonder aan-
gebouwde beschermingsinrichtingen,
bijvoorbeeld stootbescherming en/of
grasvanginrichtingen. Daardoor wordt
ervoor gezorgd dat de veiligheid van
het apparaat gehandhaafd blijft.
• Wijzig de regelaarinstelling van de
motor niet of draai deze niet dol. U
zou het apparaat kunnen beschadi-
gen.
• Voordat u de motor start, ontkoppelt u
al het snoeigereedschap en alle aan-
drijvingen.
• Start of activeer de startschakelaar
met voorzichtigheid en dit in overeen-
stemming met de door de fabrikant
verstrekte instructies. Let op vol-
doende afstand van de voeten tot het
snoeigereedschap. Er bestaat gevaar
voor verwondingen.
• Bij het starten of aanzetten van de
motor mag het apparaat niet gekan-
teld worden tenzij het apparaat bij het
procédé opgetild moet worden. In dit
geval kantelt u het apparaat slechts
in die mate als absoluut noodzakelijk
is en tilt u enkel de van de gebruiker
afgewende zijde op.
• Start de motor niet wanneer u vóór
het uitwerpkanaal staat.
• Schakel de motor op instructie in en
enkel wanneer uw voeten zich op een
veilige afstand tot het snoeigereed-
schap bevinden.
• Breng nooit handen of voeten tegen
of onder draaiende onderdelen. Neem
altijd een veilige afstand tot de uitwer-
popening in acht. Eén moment van
onoplettendheid bij het gebruik van
het apparaat kan tot ernstige verwon-
dingen leiden.
• Het apparaat nooit met een draaiende
motor optillen of dragen.
• Zet de motor uit, trek de bougiedop
af en vergewis u dat alle beweegbare
onderdelen stilstaan:
- voordat u blokkeringen lost of ver-
stoppingen in het uitwerpkanaal
verhelpt;
- voordat u het apparaat controleert,
reinigt of eraan werkt;
- wanneer een vreemd voorwerp
geraakt werd. Zoek naar beschadi-
gingen aan het apparaat en voer de
noodzakelijke reparaties door voor-
dat u herstart en met het apparaat
werkt;
- indien het apparaat ongewoon sterk
begint te trillen, is een onmiddellijke
controle noodzakelijk.
• Zet de motor uit
- wanneer u het apparaat verlaat;
- voordat u bijtankt;.
• Laat het apparaat nooit zonder toe-
zicht op de werkplaats achter.
• Werk niet met een beschadigd, onvol-
ledig of zonder de toestemming van
de fabrikant omgebouwd apparaat.
Het gebruik van machines voor an-
dere dan de voorziene toepassingen
kan tot gevaarlijke situaties leiden.
Onderhoud en opslag:
• Zorg ervoor dat alle moeren, bouten
en schroeven vast aangedraaid zijn
en het apparaat zich in een veilige
arbeidstoestand bevindt. Tal van
ongevallen zijn te wijten aan slecht
onderhouden apparaten.
Содержание BRM 46-144 A-OHV
Страница 3: ...3 26 25 27a 27 24 14a 14 22a 22b 23 28 19 19a 6 3 18 1 23a ...
Страница 4: ...4 0 75 mm P 10 9 12 29 29 22a 3 1 2 3 32 33 31 11 30 22b ...
Страница 185: ...185 ...
Страница 196: ...196 ...
Страница 198: ...198 ...
Страница 200: ......