6
ACHTERPANEEL
1.
Master volumeregelaar
2.
Microfoon ingang Jack 6.35mm connector
3.
Microfoon prioriteit schakelaar Aan/Uit
4.
Mircofoon volumeregelaar
5.
Echo effect regelaar
6.
Gitaar volumeregelaar
7.
Guitar input Jack 6.35mm
8.
Equalizer
9.
Verlichting Aan/Uit schakelaar
10.
AUX ingang RCA connector
11.
Antenne voor draadloze microfoon
12.
Media speler
13.
Aan/Uit-schakelaar
14.
LED indicatie batterij is volledig opgeladen
15.
LED indicatie batterij wordt opgeladen
16.
Net entree 230Volt
MEDIA PLAYER
START/PAUSE:
Druk op de toets om te schakelen
tussen Play en Pauze-functie.
Indrukken en vasthouden om te wisselen tussen de
Chinese en Engelse taal.
MP3/AUX/BT-MODE:
Druk op de toets om te
schakelen tussen MP3 speler, Aux ingang of Bluetooth.
Indrukken en vasthouden om spraak uit/in te schakelen.
REPEAT:
Druk op de toets om één of alle
muzieknummers te herhalen.
PREVIOUS TRACK / VOL-:
Druk kortstondig op deze
toets om het vorige muziek nummer af te spelen. Houdt de
toets 3 seconden ingedrukt om de volume te verlagen.
NEXT TRACK / VOL-:
Druk kortstondig op deze toets
om het volgende muziek nummer af te spelen. Houdt de
toets 3 seconden ingedrukt om de volume te verhogen.
USB of SD/MMC:
Steek uw USB-stick of SD-kaart in deze
poort om muziek af te spelen met MP3-formaat.
Instructie van USB/SD kaart
Als u de USB/SD-kaart voor het eerst gebruikt, moet u deze eerst in de computer formatteren (FAT32). Vervolgens kunt u de
MP3-bestanden kopiëren naar uw USB/SD-kaart.
Record Instructie.
Druk op “REPLAY REC” houd deze 5 seconden vast het opnemen zal starten, druk “REPLAY REC” nogmaals om opnemen te
stoppen. Alleen de draadloze microfoon en bedrade microfoon kunnen worden opgenomen(WAV, 65kbps).
INSTRUCTIES
Controleer of de volumeregelaar minimaal staat. Plaats de contra stekker van het netsnoer in de netentree (16) en steek
vervolgens de stekker in een wandcontactdoos. Zet de netschakelaar op “ON” (13).
Oplaadbare accu
Dit systeem kan werken via een ingebouwde oplaadbare accu. Wanneer een 230Vac spanning is aangesloten zal de CHARGE
LED indicator oplichten ten teken dat de accu wordt opgeladen. Als de FULL LED indicator oplicht, is de accu helemaal
opgeladen en kan het systeem worden gebruikt.
Zet de netschakelaar op “OFF” en verwijder het netsnoer. Controleer of de volumeregelaar minimaal staat. Zet het systeem
weer “ON” en de accu verzorgt de bedrijfsspanning
.
NB:
Indien mogelijk de netschakelaa
r “uit” zetten, de accu wordt dan sneller geladen
.
Waarschuwing:
Voordat het apparaat de eerste keer in werking wordt gesteld, eerst de accu minimaal 12 uur en maximaal 72uur opladen !!
Accu dient regelmatig opgeladen te worden. Voor een optimale levensduur van de accu dient deze minimaal 1x per maand opgeladen
te worden.
Houdt u er rekening mee dat als u langer dan 6 weken niet laadt, u de kans loopt dat de accu kapot gaat!!
