- 51 -
-
Plaats het apparaat zodat het deksel van het apparaat ongehinderd open kan.
Installeer alleen op een plaats met een omgevingstemperatuur die geschikt is voor de klimaatklasse van het
apparaat. De klimaatklasse kan in de sectie "TECHNISCHE GEGEVENS" worden gevonden.
Plaats het apparaat op een stabiele en veilige ondergrond. Als het apparaat niet volledig vlak staat, draai
aan de stelvoetjes om het waterpas te zetten.
Installeer het apparaat niet:
-
in de buurt van verwarmingstoestellen, naast een oven, in direct zonlicht of in de buurt van andere
warmtebronnen;
-
op locaties met een hoge vochtigheidsgraad (bijvoorbeeld buitenshuis, badkamer), omdat metalen
onderdelen onder dergelijke omstandigheden gevoelig zijn voor corrosie;
-
in de buurt van vluchtige of brandbare stoffen (bijv. gas, brandstof, alcohol, verf, etc.) of in ruimtes met
een slechte luchtcirculatie (bijv. garages).
Elektrische aansluiting
Waarschuwing:
De installatie naar de netvoeding dient in overeenstemming te zijn met de lokale richtlijnen en voorschriften.
Een verkeerde aansluiting kan tot een elektrische schok leiden!
Pas de stekker van het apparaat niet aan. Als de stekker niet goed op het stopcontact past, laat een
gekwalificeerde elektricien een goed stopcontact installeren.
De bereikbaarheid van de stekker moet worden verzekerd om in een noodgeval de stekker van het apparaat
snel uit het stopcontact te kunnen trekken.
Zorg dat de voedingsspanning overeenstemt met de gegevens op het typeplaatje voordat u het apparaat
op de voeding aansluit.
Steek de stekker in een correct geïnstalleerd en geaard stopcontact.
Als de stekker na installatie niet toegankelijk is, installeer een overeenkomstig ontkoppelingsmechanisme
dat aan de relevante veiligheidsvoorschriften voldoet.
INGEBRUIKNAME / WERKING
Voor ingebruikname
Opgelet:
Na het transporteren, laat het apparaat enkele uren rechtop staan voordat de stekker in het stopcontact wordt
gestopt. Dit negeren kan leiden tot een verkeerde werking van het koelsysteem en een defect aan het apparaat
veroorzaken.
Maak de binnenkant van het apparaat en alle accessoires schoon. Raadpleeg de instructies die zijn voorzien in
de sectie “Reinigen en onderhoud”.
Het apparaat in werking stellen
Steek de stekker in het stopcontact.
Stel de gewenste temperatuur in met behulp van de temperatuurregelaar. Zie tevens de sectie "Instellingen".
Instellingen
Het controlelampje brandt wanneer de compressor in werking is.
De markeringen “1/2/3/4/5/6/7” geven de verschillende niveaus van het temperatuurbereik aan. Hoe groter
het getal, hoe lager de temperatuur. De illustratie is als volgt.
Niveau “1” (Koelkastmodus): 5 °C;
Niveau “2 –
4” (Vriezermodus):
-12 °C ~ -18 °C;