NL - 73
OPMERKINGEN VAN VERSTREKKER - Reiniging en desinfectie bij verandering van patiënt
DeVilbiss Healthcare adviseert dat ten minste de volgende procedures worden uitgevoerd door de fabrikant of een bevoegde derde partij tussen het gebruik van het instrument
door verschillende patiënten in .
OPMERKING
–
Als de hieronder beschreven volledige verwerking van de concentrator door een op de juiste wijze getraind individu niet mogelijk is, mag het instrument niet
door een andere patiënt worden gebruikt.
OPMERKING
–
Als op dit moment preventief onderhoud is vereist, moeten deze procedures worden uitgevoerd als aanvulling op de serviceprocedures.
1 . Gebruik desinfectiemiddelen op veilige wijze . Lees vóór gebruik altijd eerst het etiket en de productinformatie .
2 . Draag altijd persoonlijke beschermingsmiddelen bij het uitvoeren van deze procedure . Draag geschikte handschoenen en een veiligheidsbril . Bedek de blote huid van de
armen om onbedoeld contact met de bleekoplossing te voorkomen die op de concentrator is aangebracht .
3 . Gooi alle accessoires die niet geschikt zijn voor hergebruik weg . Dit omvat onder andere, maar niet uitsluitend, zuurstofslang, slangaansluitingen, neuscanule en/of
masker, connector voor zuurstofuitlaat en fles van luchtbevochtiger.
4. Reinig de buitenkant van de concentrator met een schone, pluisvrije doek. Ernstig vuil dient te worden verwijderd met een schone, pluisvrije doek die is bevochtigd met
water . Een zachte borstel die is bevochtigd met water kan worden gebruik om hardnekkig vuil te verwijderen . Droog de concentrator af met een schone, pluisvrije doek
als water is gebruikt voor het verwijderen van vuil .
5. Gebruik een 5,25% oplossing van chloorbleekmiddel (Clorox Regular Liquid Bleach of equivalent). Meng één (1) deel bleekmiddel met vier (4) delen water in een
geschikte, schone bak . Deze verhouding resulteert in een oplossing van één (1) deel bleekmiddel op vijf (5) delen in totaal (1:5) . Het totale volume van de oplossing die
nodig is (hoeveelheid) wordt bepaald door het aantal concentrators dat moet worden gedesinfecteerd .
OPMERKING
–
Er kan ook gebruik worden gemaakt van een
alternatief geschikt desinfecterend middel (zoals Mikrobac® forte of Terralin® Protect). Volg de instructies van de fabrikant van het desinfecterende middel.
6 . Gebruik een schone, pluisvrije doek om gelijkmatig de bleekmiddeloplossing aan te brengen op de behuizing en het netsnoer . De doek moet uitsluitend worden
bevochtigd en de oplossing mag niet druppelen. Gebruik geen spuitfles om de oplossing aan te brengen. Verzadig het apparaat niet met de oplossing. Zorg dat er geen
oplossing in de ventilatieopeningen van het voetstuk van de concentrator komt of in het gebied van de O2-hulpaansluiting aan de achterzijde van het apparaat . Vermijd
oververzadiging van de naden van de behuizing zodat zich hier geen oplossingsresten kunnen verzamelen . Vermijd de zwenkwielen aan de onderzijde van de eenheid .
7 . De blootstellingstijd van de desinfecterende oplossing moet minimaal 10 minuten en maximaal 15 minuten bedragen .
8 . Na de aanbevolen blootstellingstijd dient de gehele buitenkant van de concentrator te worden afgeveegd met een schone, pluisvrije doek die is bevochtigd met water van
drinkwaterkwaliteit dat niet warmer is dan de kamertemperatuur . Droog het apparaat af met een droge, schone, pluisvrije doek . Dit dient om resten te verwijderen die
mogelijk vlekken of een aanslaglaag op het apparaat kunnen achterlaten, met name na herhaaldelijke desinfecties .
9 . Controleer het snoer, de stekker achter op het instrument, de aan/uit-schakelaar, de zekeringhouder en de indicatielampjes op mogelijke schade . Vervang alle
beschadigde of versleten onderdelen .
10. Vervang de luchtfilter van de behuizing aan de achterkant van het instrument.
11. Controleer de zuurstofconcentratie. Als het apparaat aan de specificatie voldoet, hoeft de bacteriefilter met verlengde levensduur niet te worden vervangen tussen
patiënten. Als de zuurstofconcentratie niet aan de specificatie voldoet, moet de verstrekker het gedeelte voor probleemoplossing in de servicehandleiding raadplegen.
12 . OPTIONELE REINIGING VAN DE BINNENKANT Voor deze stap moet de concentrator worden losgekoppeld van de voeding: Open de concentrator en verwijder met
een geschikte stofzuiger alle afgezette stofresten binnen in de behuizing . Sluit de concentrator .
OPMERKING
–
Onder normale omstandigheden kan geen enkel deel van het gaspad door de concentrator worden verontreinigd met lichaamsvloeistoffen.
Op de plek waar het apparaat op de patiënt wordt aangesloten kan onbedoeld verontreiniging optreden met uitgeademde gassen . Dit kan in slechts één geval gebeuren,
namelijk het losraken van een slang binnen in het apparaat. Deze toestand veroorzaakt geen flow uit het apparaat en/of een alarmtoestand. Als dit gebeurt, raadpleegt u de
servicehandleiding voor nadere instructies
Desinfectie
OPMERKING
–
Onder normale omstandigheden kan geen enkel deel van het gaspad door de concentrator worden verontreinigd met lichaamsvloeistoffen.
Aanbevolen desinfectie-interval Aantal desinfectiecycli
Combineerbare desinfectiemethode
Behuizing, netsnoer
Tussen patiënten
20
1:5 oplossing van chloorbleekmiddel (5,25%)
en water, Mikrobac forte, Terralin Protect
Zuurstofslang, slangaansluitingen,
neuscanule/masker, zuurstofuitlaat,
bevochtigerfles, luchtfilter van behuizing
Niet reinigen, vervangen tussen patiënten N .v .t .
N .v .t .
Optioneel - Binnenkant van de behuizing
Tussen patiënten
N .v .t .
Verwijder stof met een stofzuiger
SE-1025-1
