NEDERLANDS
NEDERLANDS
Oplossing van problemen
Blz.
Maatregelen
Oorzaak
Symptoom
36
Oplossing van problemen
Als een probleem optreedt, moet u eerst het volgende controleren.
1. Zijn de aansluitingen juist?
2. Hebt u de ontvanger bediend volgens de bedieningsinstructies?
3. Werken de luidsprekers, platenspeler en andere componenten zoals het hoort?
Als dit toestel niet naar behoren werkt, controleer dan de in onderstaande tabel vermelde punten.
Als het probleem blijft bestaan, is er mogelijk een defect.
Schakel onmiddellijk de spanning uit en neem contact op met uw verkooppunt.
Display licht niet op en
er is geen geluid
wanneer de spanning
wordt ingeschakeld.
• Het netsnoer is niet goed ingestoken. • Controleer of de stekker goed in
het stopcontact steekt.
• Schakel de spanning in met de
afstandsbediening na het aanzetten
van de POWER-schakelaar.
6
7
Display licht op, maar
er is geen geluid.
• Luidsprekersnoeren niet stevig
aangesloten.
• Onjuiste stand van de INPUT
SELECTOR-knop.
• Volume staat op minimum.
• MUTING (demping) staat aan.
• Er worden geen digitale signalen
ingevoerd, terwijl de digitale ingang
is ingesteld.
• Steek stevig in.
• Stel in op de juiste stand.
• Draai het volume omhoog tot een
geschikt niveau.
• Schakel MUTING (demping) uit.
• Voer digitale signalen in of selecteer
ingangsaansluitingen waarin digitale
signalen worden ingevoerd.
5
17
17
17
19
Display verschijnt niet
en spanningsindicator
knippert snel.
• Luidsprekerklemmen zijn
kortgesloten.
• De ventilatie-openingen van het
toestel zijn afgedekt.
• Het toestel werkt met een continu
hoge spanning en/of wordt
onvoldoende geventileerd.
• Schakel de spanning uit, sluit de
luidsprekers juist aan en schakel
vervolgens de spanning opnieuw in.
• Schakel de spanning van het toestel
uit en ventileer het goed zodat het
kan afkoelen.
Schakel de spanning opnieuw in
zodra het toestel is afgekoeld.
• Schakel de spanning van het toestel
uit en ventileer het goed zodat het
kan afkoelen.
Schakel de spanning opnieuw in
zodra het toestel is afgekoeld.
5
2, 5
2, 5
Geluid komt slechts uit
één kanaal.
• Onvolledige aansluiting van de
luidsprekersnoeren.
• Onvolledige aansluiting van de
ingangs-/uitgangssnoeren.
• Sluit goed aan.
• Sluit goed aan.
5, 6
5, 6,
9, 10
Posities van
instrumenten
omgekeerd tijdens
stereoweergave.
• Omgekeerde aansluiting van linkse
en rechtse luidsprekers of linkse
en rechtse ingangs-/uitgangssnoeren.
• Controleer de linkse en rechtse
aansluitingen.
5
Blz.
Maatregelen
Oorzaak
Symptoom
Het geluid is vervormd.
• Naalddruk te zwak.
• Vuil of stof op de naald.
• Stel de naalddruk goed af.
• Controleer de naald.
—
—
Dit toestel werkt niet
correct wanneer het
wordt bediend met de
afstandsbediening.
• Batterijen leeg.
• Afstandsbediening te ver van het
toestel.
• Obstakel tussen dit toestel en
afstandsbediening.
• Verkeerde toets ingedrukt
•
<
en
>
-polen van de batterijen
liggen in de verkeerde richting.
• Vervang door nieuwe batterijen.
• Breng dichter bij elkaar.
• Neem het obstakel weg.
• Druk de juiste toets in.
• Leg de batterijen juist in.
3
3
3
—
3
Rondzingen is hoorbaar
wanneer het volume
luid staat.
• De luidsprekersystemen staan te
dicht bij elkaar.
• Vloer is onstabiel en onderhevig
aan trillingen.
• Zet ze zover mogelijk uit elkaar.
• Gebruik kussens om de trillingen
van de luidsprekers overgedragen
door de vloer op te vangen. Als de
platenspeler niet is uitgerust met
isolatoren, gebruik dan audio-
isolatoren (in de handel verkrijgbaar).
—
—