44
7. Bediening
7.1 Programmeermodus
De mastercode af fabriek luidt “1234”.
Voer de mastercode twee keer na elkaar in om naar de programmeermodus over te schakelen.
Voorbeeld: 1234 1234
Bij een juiste invoer zal de LED “rood/amber” (3) van rood naar amber omschakelen. U bent
nu in de programmeermodus en u kunt nu de hiernavolgende instellingen doen.
De programmeermodus kan met de toets “#” beëindigd worden.
7.2 Mastercode instellen
Om een nieuwe mastercode in te stellen, dient u in de programmeermodus de volgende
combinatie in te voeren:
* 00 MMMM
MMMM
staat in dit geval voor de gewenste mastercode (cijfercombinatie met 4 getallen).
7.3 Gebruikerswachtwoord instellen
Om een nieuw gebruikerswachtwoord toe te kennen, dient u in de programmeermodus de
volgende combinatie in te voeren:
Invoercombinatie voor gebruiker 01 tot 19:
* XX UUUU
Invoercombinatie voor gebruiker 20 tot 99:
* 6 XX UUUU
XX staat in dit geval voor de gewenste gebruiker.
UUUU
staat in dit geval voor het gewenste gebruikerswachtwoord (cijfercombinatiemet 4 getallen).
9
7.3.1 Benutzerpasswort löschen
Um ein Benutzerpasswort zu löschen, geben Sie im Programmiermodus folgende Kombina-
tion ein:
* 50 XX
XX steht in diesem Fall für den Benutzer (01 bis 99), der gelöscht werden soll.
Sollen alle Benutzer gelöscht werden, so geben Sie anstelle 01 bis 99 „00“ ein.
7.4 Timer-Einstellung der Relaiskontakte „Lock Out“
Sie können die Dauer der Auslösung der Relaiskontakte „Lock Out“ (h) (woran z.B. der
elektrische Türöffner angeschlossen ist) selbst bestimmen. Geben Sie dazu folgende Kombi-
nation ein, während Sie sich im Programmiermodus befinden:
* 20 TT
TT steht in diesem Fall für 01 bis 99 Sekunden. Wird 00 eingestellt sind die Relaiskontakte so
lange aktiv bis der Benutzercode erneut eingegeben wird.
7.5 Tastensperre
Wird die automatische Tastensperre aktiviert, so sperrt das Codeschloss automatisch für 30
Sekunden alle Tasten nach fünf-maliger Falscheingabe des Benutzercodes oder Master-
codes (Werkseinstellung).
Die automatische 30 sekündige Tastensperre kann aktiviert/deaktiviert werden. Geben Sie
hierzu, während Sie sich im Programmiermodus befinden, folgende Kombination ein:
* 51
Sie können zusätzlich festlegen nach welcher Fehlaktion die Tastensperre aktiv werden soll.
* 53 0
nach der Eingabe von 20 falsch aufeinanderfolgenden Zeichen
* 53 1
nach fünf-maliger Fehleingabe des Benutzer- bzw. Mastercodes
7.6 Einstellung des Passwortes für die Relaiskontakte „Aux Out“
Von Werk aus ist kein Passwort für die Relaiskontakte „Aux Out“ (i) vergeben.
Um ein neues Passwort zu vergeben, geben Sie, während Sie sich im Programmiermodus
befinden, folgende Kombination ein:
* 40 HHHH
HHHH steht diesem Fall für die 4-stellige Zahlenkombination des gewünschten Mastercodes.
