CLAGE
NL
59
5. Directe montage op de kraan
Opmerking: de wartelmoeren met een geschikt draaimoment vastdraaien om de
noodzakelijke dichtheid te bereiken zonder de armaturen of de buizen te beschadi-
gen.
Bij een directe montage op de kraan moeten de beide ½ inch inschroefnippels en de
½ inch afdichtingen met de ½ inch wartelmoeren van het warmwater- en het koud-
wateraansluitstuk aan elkaar worden geschroefd. De beide ½ inch blindkappen van de
afvoeren aan de zijkant van het warmwater- en koudwater-afvoerstuk moeten worden
verwijderd en aan de open kant van de inschroefnippel worden vastgeschroefd. Schuif
de debietregelaar “
D
” in het aansluitstuk voor warm water. De verbindingsstukken
voor warm en koud water worden vervolgens aan elkaar geschroefd met de ⅜ inch-
afdichtingen op de de ⅜ inch-wartelmoer van de inlaat- en uitlaatpijp van het apparaat.
Voor opbouwmontage kan het nuttig zijn om het apparaat op afstand te monteren met
behulp van de meegeleverde afstandshulzen, zoals getoond in de tekening hiernaast.
De twee bevestigingsgaten in het onderste gedeelte van de buisaansluitingen moeten
ook goed worden bevestigd met pluggen en schroeven van 6 mm.
De opstaande kant van de buis moet met een ½ inch wartelmoer en ½ inch
afdichtingen aan de ½ inch afvoerleidingen aan de zijkant van de warm- en koudwater-
aansluitstukken worden geschroefd. Ter afsluiting moeten de uitbreekstukken voor de
leidingen in de behuizing met een stomp voorwerp worden uitgebroken.
In geval van een directe verbinding Let op: Zet de zeef in het koude water in verbin-
ding!
D