6.2 VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Laad de powerbank met zonnefunctie eerst volledig op met een oplader voordat u hem voor het eerst gaat gebruiken, paragraaf
6.3..
Afb. 1: Overzicht
5. UITLEG BIJ DE SYMBOLEN
Voldoet aan de EG-richtlijnen
Gebruiksaanwijzing lezen
Een elektrisch product met dit symbool
mag niet bij het huisvuil worden gegooid
Apparaten met dit teken mogen uits-
luitend binnenshuis (droge omgeving)
worden gebruikt
6.3 LADEN MET EEN OPLADER
Bescherm het zonnepaneel tegen fel zonlicht wanneer de powerbank wordt opgeladen met een oplader. De interne accu kan
oververhit raken.
Verwijder voor het laden alle aangesloten apparaten van de powerbank.
6. GEBRUIKSAANWIJZING
1 Laadindicator
2 Schakelaar
3 Zonnepaneel
4 USB-uitgang
5 LED-zaklamp
6 USB-uitgang
7 Micro-USB-ingang
8 USB-kabel
9 USB A-connector
10 USB micro B-connector
6.1 OVERZICHT
• De accu is permanent in de powerbank met zonnefunctie geïntegreerd en kan niet worden vervangen.
• Neem ook de veiligheidsinstructies en gebruiksinstructies in acht van de andere apparaten die u op de powerbank met zonne-
functie gaat aansluiten.
• Bescherm de powerbank tegen mechanische spanningen (vallen, druk, buigen etc.)
• Als de powerbank niet veilig kan worden gebruikt, gebruik het apparaat dan niet en bescherm het tegen onbedoeld gebruik.
Veilig gebruik is niet gegarandeerd als: er zichtbare schade is of het apparaat niet meer goed werkt.
• De aansluitkabels mogen niet geknikt, bekneld, uitgerekt of op een andere manier beschadigd raken.
• Laad en ontlaad de powerbank nooit tegelijkertijd, omdat dit de accu kan beschadigen. (Sluit nooit een USB-apparaat aan
terwijl de powerbank wordt opgeladen).
• Gebruik voor uw eigen veiligheid uitsluitend toebehoren of reserveonderdelen die in de gebruiksaanwijzing staan vermeld of
waarvan het gebruik door de fabrikant wordt aanbevolen!
• Kijk nooit direct in de lichtstraal van de lichtbron en richt de lichtbundel nooit op andere personen of dieren. Het LED-licht kan
oogletsel veroorzaken.
• Gebruik de lichtbron nooit in combinatie met optische instrumenten. Het LED-licht kan oogletsel veroorzaken.
• Plaats de powerbank tijdens gebruik op een hittebestendig oppervlak.
• Laat de powerbank niet onbeheerd achter tijdens gebruik.
Gebruik voor het opladen een USB-oplader met een capaciteit van 1 A. Open de rubber klep aan de linkerkant van de powerbank. Sluit de USB
micro B-connector (positie 10 in het overzicht) van de USB-kabel (positie 8 in het overzicht) aan op de micro-USB-ingang (positie 7 in het over-
zicht) van de powerbank. Sluit de USB A-connector (positie 9 in het overzicht) aan op een USB-oplader. Sluit de oplader aan op een stopcontact.
De laadindicator (positie 1 in het overzicht) wordt geactiveerd en brandt blauw. De laadindicator bestaat uit vier aparte lampjes. Tijdens het laden
