OPSTARTEN
Controleer dat de netspanning overeenstemt met die aangeduid op het plaatje elektrische gegevens (fig. 5), het toegelaten
tolerantieveld moet binnen de 5% liggen. Draai of druk de knop op het bovenste gedeelte in de “0” stand volgens het type
van drukregelaar gemonteerd op het apparaat (fig. 6A, 6B, 6C). Steek de stekker in het stopcontact en start de compressor op
door de hendel van de drukregelaar in stand “I” te brengen.
De werking van de compressor is volledig automatisch, gecontroleerd door de drukregelaar die hem stilzet als de druk in de
tank de maximum waarde bereikt en hem terug doet opstarten als de druk naar de minimum waarde zakt. Het drukverschil
tussen maximum en minimum waardes is meestal ongeveer 2 bar (29psi). Bijvoorbeeld: de compressor stopt als hij 8 bar
bereikt (116 psi - maximum werkingsdruk) en start automatisch opnieuw op als de druk binnen de tank naar 6 bar (87 psi)
daalt. Laat de compressor, nadat u hem heeft verbonden met de stroomdraad, tot maximum druk en controleer precies hoe de
machine functioneert.
NOTA:
De kop/fles/overbrengingsbuis groep kan hoge temperaturen bereiken. Let op als u in de nabijheid van deze
onderdelen werkt, en raak ze niet aan om brandwonden te vermijden.
BELANGRIJK
De elektrocompressoren moeten verbonden zijn met een beschermd stopcontact en een aangepaste gedifferentieerde
schakelaar (thermische onderbreker). De motor is voorzien van een automatische thermische onderbreker aan de binnenkant
van de wikkeling, die de compressor stilzet als de temperatuur van de motor te hoge waarden bereikt (180
o
C). Als de
onderbreker in werking treedt, start de compressor automatisch na 10 - 15 minuten opnieuw op.
REGELING VAN DE WERKINGSDRUK
Het is niet nodig steeds de maximale werkdruk te gebruiken. Meestal heeft het pneumatische gereedschap zelfs minder druk
nodig. Bij de compressoren voorzien van een drukreductiemachine is het nodig de werkingsdruk goed af te stellen.
Stel de juiste druk in door de hendel met de klok mee te draaien om de druk te verhogen en tegen de klok in om de
druk te verlagen. Als de optimale druk bereikt is, zet u de hendel vast door hem naar beneden te drukken (fig. 7). Bij de
drukreductiemachines geleverd zonder manometer is de ijkingsdruk zichtbaar op de gegradueerde schaal op het lichaam van
de reductiemachine zelf.
Bij de drukreductiemachines voorzien van manometer is de druk zichtbaar op de manometer zelf.
LET OP:
Sommige drukverlagers zijn niet voorzien van een “push to lock”, zodat u alleen aan de knop hoeft te draaien om de
druk af te stellen.
UITSCHAKELEN VAN DE COMPRESSOR
Draai of druk op de schakelaar/toets in stand “0” (afhankelijk van het type van de drukschakelaar gemonteerd op de
compressor). Schakel de eenheid NIET uit via het stopcontact of door de stekker eruit te trekken.
ONDERHOUD
Voor elk onderhoud van de compressor moet u zich ervan vergewissen dat:
- De algemene lijnschakelaar in de “0” stand staat.
- De drukregelaar en de schakelaars op de centrale uitgeschakeld zijn, in de “0” stand.
- De luchttank ontladen is van alle druk.
Het is raadzaam het filterelement minstens eenmaal te vervangen als de compressor in een schone omgeving werkt; en vaker
als de omgeving waarin de compressor staat, stoffig is (fig. 8).
Het is nodig het condenswater van de tank minstens eenmaal per week weg te doen door het afvoerkraantje (fig. 9) onder de
tank open te doen. Let op als er samengeperste lucht binnenin de fles zit, het water zou er met veel kracht kunnen uitkomen.
Aangeraden druk: 1-2 bar max.
1. Bevestig dat de compressor uitgeschakeld is.
2. Houd de hendel vast en kantel de compressor richting de aftapkraan zodat deze gepositioneerd is op de bodem van de
tank.
3. Draai de aftapkraan open.
4. Houd de compressor gekanteld totdat al het vocht is verwijderd.
Het condenswater van de compressor gesmeerd met olie mag niet weggeworpen worden in de riool of verspreid worden in
het milieu omdat het olie bevat.
Содержание C24
Страница 3: ...FIG 1A FIG 3 FIG 6A FIG 9 FIG 7 FIG 1B FIG 4 FIG 6B FIG 10 FIG 8 FIG 2 FIG 6C FIG 11 FIG 5 ...
Страница 120: ......