52
| Nederlands
1 609 92A 0SU | (21.11.14)
Bosch Power Tools
Veiligheidsvoorschriften voor cirkelzagen
GEVAAR: Houd uw handen uit de buurt van de zaagom-
geving en het zaagblad. Houd met uw andere hand de
extra handgreep of het motorhuis vast.
Als u de zaagma-
chine met beide handen vasthoudt, kunnen uw handen
niet door het zaagblad verwond worden.
Grijp niet onder het werkstuk.
De beschermkap kan u
onder het werkstuk niet tegen het zaagblad beschermen.
Pas de zaagdiepte aan de dikte van het werkstuk aan.
Er dient minder dan een volledige tandhoogte onder het
werkstuk zichtbaar te zijn.
Houdt het te zagen werkstuk nooit in uw hand of op uw
been vast. Zet het werkstuk in een stabiele opname
vast.
Het is belangrijk om het werkstuk goed te bevesti-
gen, om het gevaar van contact met het lichaam, vastklem-
men van het zaagblad of verlies van de controle te minima-
liseren.
Raak het elektrische gereedschap alleen aan de geïso-
leerde greepvlakken aan als u werkzaamheden uit-
voert waarbij het inzetgereedschap verborgen stroom-
leidingen of de eigen stroomkabel kan raken.
Contact
met een spanningvoerende leiding zet ook de metalen de-
len van het elektrische gereedschap onder spanning en
leidt tot een elektrische schok.
Gebruik bij het schulpen altijd een aanslag of een rech-
te randgeleiding.
Dit verbetert de zaagnauwkeurigheid en
verkleint de mogelijkheid dat het zaagblad vastklemt.
Gebruik altijd zaagbladen met de juiste maat en vorm
(ruitvormig of rond) van het opnameboorgat.
Zaagbla-
den die niet bij de montagedelen van de zaagmachine pas-
sen, lopen niet rond en leiden tot het verliezen van de con-
trole.
Gebruik nooit beschadigde of verkeerde onderlegrin-
gen of schroeven voor het zaagblad.
De onderlegringen
en schroeven voor het zaagblad zijn speciaal geconstru-
eerd voor deze zaagmachine, voor optimaal vermogen en
optimale bedrijfszekerheid.
Terugslag – Oorzaken en bijbehorende veiligheids-
voorschriften
– Een terugslag is de plotselinge reactie als gevolg van een
vasthakend, vastklemmend of verkeerd gericht zaagblad,
die ertoe leidt dat een ongecontroleerde zaagmachine uit
het werkstuk omhoogkomt en in de richting van de bedie-
nende persoon beweegt;
– Als het zaagblad in de zich sluitende zaaggroef vasthaakt
of vastklemt, wordt het geblokkeerd en slaat de motor-
kracht de zaagmachine in de richting van de bedienende
persoon terug;
– Als het zaagblad in de zaaggroef wordt gedraaid of ver-
keerd wordt gericht, kunnen de tanden van de achterste
zaagbladrand in het oppervlak van het werkstuk vastha-
ken, waardoor het zaagblad uit de zaaggroef beweegt en
de zaagmachine terugspringt in de richting van de bedie-
nende persoon.
Een terugslag is het gevolg van verkeerd gebruik of onjuiste
gebruiksomstandigheden van de zaagmachine. Terugslag
kan worden voorkomen door geschikte voorzorgsmaatre-
gelen, zoals hieronder beschreven.
Houd de zaagmachine met beide handen vast en breng
uw armen in een stand waarin u de terugslagkrachten
kunt opvangen. Blijf altijd opzij van het zaagblad en
breng het zaagblad nooit op één lijn met uw lichaam.
Bij
een terugslag kan de zaagmachine naar achteren springen.
De bedienende persoon kan de terugslagkrachten echter
door geschikte voorzorgsmaatregelen beheersen.
Als het zaagblad vastklemt of als u de werkzaamheden
onderbreekt, schakelt u de zaagmachine uit en houdt u
deze rustig in het werkstuk totdat het zaagblad tot stil-
stand is gekomen. Probeer nooit om de zaagmachine
uit het werkstuk te verwijderen of de machine achter-
uit te trekken zolang het zaagblad beweegt. Anders
kan er een terugslag optreden.
Stel de oorzaak van het
vastklemmen van het zaagblad vast en maak deze onge-
daan.
Als u een zaagmachine die in het werkstuk steekt weer
wilt starten, centreert u het zaagblad in de zaaggroef
en controleert u of de zaagtanden niet in het werkstuk
zijn vastgehaakt.
Als het zaagblad vastklemt, kan het uit
het werkstuk bewegen of een terugslag veroorzaken wan-
neer de zaagmachine opnieuw wordt gestart.
Ondersteun grote platen om het risico van een terug-
slag door een vastklemmend zaagblad te verminderen.
Grote platen kunnen onder hun eigen gewicht doorbuigen.
Platen moeten aan beide zijden worden ondersteund, zo-
wel in de buurt van de zaagopening als aan de rand.
Gebruik geen stompe of beschadigde zaagbladen.
Zaagbladen met stompe of verkeerd gerichte tanden ver-
oorzaken door een te nauwe zaagopening een verhoogde
wrijving, vastklemmen van het zaagblad of terugslag.
Draai voor het begin van de zaagwerkzaamheden de in-
stellingen voor de zaagdiepte en de zaaghoek vast.
Als
de instellingen tijdens het zagen veranderen, kan het zaag-
blad vastklemmen en kan er een terugslag optreden.
Wees bijzonder voorzichtig bij zaagwerkzaamheden in
bestaande muren of andere plaatsen zonder voldoende
zicht.
Het invallende zaagblad kan bij zaagwerkzaamhe-
den in niet-zichtbare voorwerpen blokkeren en een terug-
slag veroorzaken.
Functie van onderste beschermkap
Controleer voor elk gebruik of de onderste bescherm-
kap correct sluit. Gebruik de zaagmachine niet als de
onderste beschermkap niet vrij kan bewegen en niet
onmiddellijk sluit. Klem of bind de onderste bescherm-
kap nooit in de geopende stand vast.
Als de zaagmachi-
ne op de vloer valt, kan de onderste beschermkap verbo-
gen worden. Open de beschermkap met de
terugtrekhendel en controleer dat de kap vrij beweegt en
dat deze bij alle zaaghoeken en zaagdiepten het zaagblad
of andere delen niet aanraakt.
Controleer de functie van de veer voor de onderste be-
schermkap. Als de onderste beschermkap en de veer
niet correct werken, dient u de zaagmachine te laten
repareren voordat u deze gebruikt.
Beschadigde delen,
plakkende aanslag of ophoping van spanen laten de onder-
ste beschermkap vertraagd werken.
OBJ_BUCH-179-005.book Page 52 Friday, November 21, 2014 10:07 AM