![Benning BEMM4 Скачать руководство пользователя страница 30](http://html1.mh-extra.com/html/benning/bemm4/bemm4_operating-manual_2733422030.webp)
10/ 2004
BENNING MM 4
28
600 V
1 V
± (1,5 % meet 5 digits)
40 Hz - 500 Hz
600 V
eff
600 V gelijkspanning
7.3 Meetbereik voor weerstanden
Nullastspanning ca. 1,3 V - 3,3 V
Maximale teststroom 2,5 mA, bereik 42 MΩ
Insteltijd ca. 20 seconden.
Meetbereik
Resolutie
Nauwkeurigheid v.d. meting
Beveiliging tegen
overbelasting
420 Ω
0,1 Ω
± (1,2 % meet 8 digits)
600 V
eff
600 V gelijkspanning
4,2 kΩ
1 Ω
± (0,9 % meet 4 digits)
600 V
eff
600 V gelijkspanning
42 kΩ
10 Ω
± (0,9 % meet 4 digits)
600 V
eff
600 V gelijkspanning
420 kΩ
100 Ω
± (1,2 % meet 4 digits)
600 V
eff
600 V gelijkspanning
4,2 MΩ
1 kΩ
± (1,2 % meet 4 digits)
600 V
eff
600 V gelijkspanning
42 MΩ
10 kΩ
± (3,0 % meet 8 digits)
600 V
eff
600 V gelijkspanning
7.4 Diodecontrole
De aangegeven nauwkeurigheid van de meting geldt voor het bereik tussen
0,4 V en 0,8 V. Overbelastingsbeveiliging bij diodecontrole: 600 V
eff
/ 600 V
gelijkspanning.
Meet-
bereik
Resolutie
Nauwkeurigheid v.d. meting
max.
Meetstroom
Maximale nullast–
spanning
0,1 mV
± (1,5 % meet 5 digits)
1,5 mA
3,3 V
7.5 Doorgangstest
De ingebouwde zoemer geeft een akoestisch signaal bij een weerstand <
50 Ω.
7.6 Wisselstroombereik
(multimeter met stroomtangopzetstuk, opzetstuk bevat een éénaderige
wisselstroomgeleider)
Meetnauwkeurigheid bedraagt ± (% van de meet aantal digits) bij een
temperatuur van 23 °C ± 5 °C.
Maximale stroom van de bijbehorende stroomtangopzet 300 A!
Meetbereik
Resolutie
Uitgangsspanning
Meetnauwkeurigheid
300 A
0,1 A
1 mV/ 0,1 A
± (1,5 % meet 5 digits) in
frequentiebereik 40 Hz - 300 Hz
300 A
1 A
1 mV/ 0,1 A
± (1,5 % meet 5 digits) in
frequentiebereik 40 Hz - 300 Hz
8. Meten met de BENNING MM 4
8.1 Voorbereiden van metingen
- Gebruik en bewaar de BENNING MM 4 uitsluitend bij de aangegeven werk-
en opslagtemperaturen. Niet blootstellen aan direct zonlicht.
- Controleer de gegevens op het veiligheidsmeetsnoer en de rode meet-
pennen ten aanzien van nominale spanning en stroom. Origineel met de
BENNING MM 4 meegeleverde snoersets voldoen aan de te stellen eisen.
- Controleer de isolatie van het veiligheidsmeetsnoer en de rode meet-
pennen. Beschadigde meetsnoeren en/ of meetpennen direct verwijderen.
- Veiligheidsmeetsnoer testen op correcte doorgang. Indien de ader in het
snoer onderbroken is, het meetsnoer direct verwijderen.
- Voor dat met de schuifschakelaar of met de functietoets een andere functie
gekozen wordt, dienen het meetsnoer en de rode meetpen van het meet-
punt te worden afgenomen.
- Storingsbronnen in de omgeving van de BENNING MM 4 kunnen leiden tot
instabiele aanduiding en/of meetfouten.
8.2 Spanningsmeting