46
PROBLEEM
OORZAAK
HANDELSWIJZE
1. Het toestel werkt niet
- stroompanne
- controleer de zekering in
de huisinstallatie, vervang
de doorgebrande zekering
2. Het toestel reageert niet
op de ingevoerde waarden
- het bedieningspaneel is
niet aangeschakeld
- schakel het paneel aan
- de knop werd niet lang
genoeg ingedrukt (minder
dan een seconde)
- druk de knoppen iets
langer in
- er werden meerdere knop-
pen tegelijk ingedrukt
- druk slechts één knop
tegelijk in (geldt niet bij
het uitschakelen van een
kookveld)
3. Het toestel reageert niet
en geeft een kort geluids-
signaal
- de kinderbeveiliging (blok-
kade) is aangeschakeld
- schakel de kinderbeveili-
ging (blokkade) uit
4. Het toestel reageert niet
en geeft een lang geluids-
signaal
- verkeerde bediening (ver-
keerde sensors ingedrukt of
te snel ingedrukt)
- schakel de plaat opnieuw
aan
- de sensor(s) is (zijn) be-
dekt of vuil
- maak de sensors vrij of
reinig ze
5. Het toestel schakelt
zichzelf uit
- na het aanschakelen werd
er gedurende meer dan
10 s. geen enkele waarde
ingevoerd
- schakel het bedieningspa-
neel opnieuw aan en voer
onmiddellijk de gegevens in
- de sensor(s) is (zijn) be-
dekt of vuil
- maak de sensors vrij of
reinig ze
6. Eén van de kookvelden
schakelt zichzelf uit
- beperking van de werk-
duur
- schakel het kookveld
opnieuw aan
- de sensor(s) is (zijn) be-
dekt of vuil
- maak de sensors vrij of
reinig ze
HANDELSWIJZE BIJ PROBLEEMSITUATIES
Bij elke probleemsituatie moet u:
• de werkende onderdelen van de plaat uitschakelen
• de elektrische voeding ontkoppelen
• een herstelling aanvragen
• sommige kleine problemen kan de gebruiker zelf op lossen met behulp van de aanwijzingen
in de onderstaande tabel. Controleer opeenvolgend alle punten in de tabel, vooraleer u
de onderhouds- of klantendienst contacteert.