WERKING
WERKING
KOELING
controlelampje STANDBY brandt.
1. Op de knop ON/OFF (aan/uit) (
)
drukken en de airconditioner aanzetten.
2. De keuzeschakelaar op COOL
(koelen) zetten.
3. Op de knop - of + drukken om de
temperatuur in te stellen. De temperatuur
ligt tussen 17 en 30ºC (62º en 88ºF).
DE DISPLAY GEEFT DE
GESELECTEERDE TEMPERATUUR AAN
4. Op de knop FAN SPEED (toerental van de
ventilator) drukken om het toerental van de
ventilator te selecteren.
MOD
US
SLEE
P
ECO
I FEEL
TIME
R
TURB
O
ION
CLEA
N
SET
CLR
LIGHT
EYE
●
ONTDOOIING VAN DE WARMTEWISSELINGSUNIT/VAN DE
BUITENUNIT “STAND-BY”
Wanneer de buitentemperatuur laag is, kan er zich rijp of ijs vormen op de spoel
van de warmtewisselaar, wat van invloed is op het verwarmingsvermogen
van de airconditioner. In een dergelijk geval ontkoppelt een computergestuurd
ontdooiingssysteem. Parallel hieraan stopt de ventilator van de binnenunit totdat het
ontdooien voltooid is. De verwarming gaat na enkele minuten weer werken. (Deze
tijdsperiode kan enigszins variëren aan de hand van de temperatuur van het vertrek
en van de buitentemperatuur).
●
DOELMATIGHEID VAN DE VERWARMING
Een airconditioner met warmtepomp verwarmt het vertrek door het terugwinnen van
de warmte van de buitenlucht. De verwarming is derhalve minder doelmatig
wanneer de buitentemperatuur erg laag is.
VERWARMING
1. Op de knop (
) ON/OFF drukken om de airconditioner aan te zetten.
2. De keuzeschakelaar op HEAT
(verwarming) instellen.
3. Op de knop - of + drukken om de temperatuur in te stellen. De temperatuur ligt
tussen 17 en 30ºC (62º en 88ºF).
4. Op de knop FAN SPEED (toerental van de ventilator) drukken om het
toerental van de ventilator te selecteren.
DE DISPLAY GEEFT DE
GESELECTEERDE TEMPERATUUR AAN
AUTOMATISCHE WERKING
1. Op de knop (
) ON/OFF drukken om de airconditioner aan te zetten.
2. De keuzeschakelaar op AUTO
(automatisch) instellen.
Wanneer deze modus geselecteerd is, berekent de airconditioner het verschil
tussen de instelling van de thermostaat en de temperatuur van het vertrek en gaat
deze automatisch over op de modus "cool" (koelen) of "heat" (verwarmen),
afhankelijk van de behoeften.
3. Op de knop - of + drukken om de temperatuur in te stellen. De temperatuur ligt
tussen 17 en 30ºC (62º en 88ºF).
OPMERKING
:
U kunt het toerental van de ventilator niet wijzigen in de modus Auto. Dit wordt automatisch bepaald.
5
6
OPMERKING
Nadat men met verwarmen begonnen is, gaat de interne ventilator niet werken, zolang
de spoel van de interne warmtewisselaar niet voldoende verwarmd is, dit duurt enkele
minuten. Dit komt door het preventiesysteem tegen koude luchtstromen.
N
ED
ER
LA
