4. Voor ingebruikname
Stap 1: Open de klep(pen)
Open de klep voor de externe brandstoftank en de
brandbeveiligingsklep (indien aanwezig) van de kachel.
Stap 2: Start de brandstofstroom
Druk eenmaal gedurende een seconde voorzichtig op
de rode ontgrendelknop om de vlotter van de brand-
stofopvangbak vrij te maken.
De brandstofopvangbak hoeft slechts te worden ont-
grendeld als de kachel voor het eerst wordt aangezet
of nadat hij zonder brandstof was gevallen, of als de
kachel gedurende langere periode niet werd gebruikt.
Het ontgrendelen kan ook vereist zijn als de brand-
stofinlaatdruk boven 2,5 psi (is ± 0,17 bar) stijgt. In dit
geval moet een drukreduceerklep worden geïnstalleerd.
Stap 3: Klok instellen
Belangrijk: De klok op de kachel moet altijd op de
actuele tijd ingesteld worden.
A. Zet de tijdkeuzeschakelaar op “CLOCK SET” (klok
instellen).
B. Druk op de “HOUR” (uur)- en de “MINUTE”
(minuten)-toets om respectievelijk de uren en de
minuten aan te passen.Bij eenmaal drukken op de
“HOUR”- of “MINUTE” (minuten)-toets zal de tijd
aanpassen per eenheid (resp. per uur, per minuut).
Als u de toets continu ingedrukt houdt, dan kan de
tijdsaanduiding versneld veranderd worden.
Bij een stroomuitval van meer dan tien seconden wor-
den alle klok- en timerinstellingen gewist. Het infor-
matiedisplay laat een knipperende “PM 12:00” zien
wanneer de kachel uit staat. Men moet dan de klok en
de timer herprogrammeren.
C. Zet de timerkeuzeschakelaar op “(NORMAL-stand)”
na het voltooien van de klokinstelling. De huidige tijd
wordt dan weergegeven op de digitale indicator.
5. De kachel ontsteken
De kachel wordt direct door de gebruiker bediend. De
warmteafgifte wordt automatisch bepaald door de
kamertemperatuur die de temperatuursensor reg-
istreert.
Stap 1: zet de kachel aan
De ON/OFF knop indrukken. De kamertemperatuur en
de ingestelde temperatuur verschijnen op de display.
Het ON/OFF lampje flitst en de kachel slaat aan.
Opmerking: (*) De opstarttijd is afhankelijk van de
kamertemperatuur.
Na 9-15 minuten zal de kachel automatisch de geschik-
te bedrijfsmodus selecteren, de ON/OFF knop blijft ver-
licht.
Kamertemperatuur:
onder 0°C
11 minuten
0°C - 15°C
9 minuten
15°C
8,5 minuten
Als er na de opstarttijd geen vlammen zichtbaar zijn,
schakelt de kachel uit en start automatisch weer op.
Zijn er dan nog geen vlammen dan schakelt de kachel
weer uit en moet handmatig opgestart worden (fout-
code E-2 op de display).
Stap 2: Aanpassen van de kamertemperatuur
De temperatuur kan alleen maar aangepast worden als
de kachel brandt. Gebruik de instelknoppen voor het
aanpassen van de temperatuur. Eerst een van de twee
knoppen indrukken om de functie te activeren (het TEMP
lampje naast de display gaat knipperen). Dan met de
rechterknop (
▼
min.) de temperatuur verhogen of met
de linkerknop (
▲
hour) verlagen. Druk een keer om de
temperatuur met 1 graad te verhogen. Na ca. 10 secon-
den stopt het lampje met knipperen en is de temperatuur
opgeslagen. Beschikbare temperatuurinstellingen var-
iëren van 10°C minimaal tot 32°C maximaal. Als de kachel
niet aangesloten is op het stopcontact (of na een stroom-
storing), wordt de temperatuur gereset op de fabrieksin-
stelling van 20°C.
De bedrijfsmodus wordt automatisch geregeld, afhanke-
lijk van de kamertemperatuur die de temperatuursensor
registreert. De kachel werkt in “HIGH” bedrijfsmodus tot
de kamertemperatuur het gewenste niveau heeft
bereikt.
Als de kamertemperatuur overeenkomt met de gekozen
instelling switcht de kachel automatisch naar de “MED”
of “LOW” bedrijfsmodus om de kamer op de ingestelde
temperatuur te houden.
66
Hoofdstuk 2, BEDIENING