5
Plaats het platte filter A te-
rug in de bodem van het
apparaat. Plaats het platte
filter juist terug onder de
twee geleiders D.
6
Zet het filtersysteem op
zijn plaats. Draai, om het
filtersysteem te vergrende-
len, het handvat naar
rechts totdat het op zijn
plaats vastklikt.
Belangrijk! Verwijder de sproeiarmen niet.
Als de openingen in de sproeiarmen verstopt raken, ver-
wijdert u de achterblijvende delen met een coctailprik-
kertje.
Schoonmaken van de buitenkant
Reinig de buitenoppervlakken van de machine en het be-
dieningspaneel met een vochtige zachte doek. Gebruik
alleen neutrale afwasmiddelen. Gebruik geen schuurmid-
delen, schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, trichlo-
roethyleen enz).
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Let op! Installeer het apparaat niet op een plek waar
de temperatuur onder de 0 °C komt. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor schade door vorst.
Als dit niet mogelijk is, leeg het apparaat en sluit de deur.
Haal de watertoevoerslagn los en verwijder het water in
de watertoevoerslang.
Problemen oplossen
Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking.
Als er een storing is, probeer dan eerst het probleem zelf
op te lossen. Als u het probleem zelf niet kunt oplossen,
neem dan contact op met de klantenservice.
Storingscode en storing
Mogelijke oorzaak en oplossing
• continu knipperen van het controle-
lampje starten/annuleren
• 1 keer knipperen van het controlelamp-
je Einde
De afwasmachine wordt niet gevuld met
water
• De waterkraan is verstopt of aangezet met kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
• De waterkraan is dicht.
Draai de waterkraan open.
• Het filter in de watertoevoerslang is geblokkeerd.
Maak het filter schoon.
• De aansluiting van de watertoevoerslang is niet juist. De slang kan
geknakt of ingedeukt zijn.
Zorg er voor dat de aansluiting juist is.
• continu knipperen van het controle-
lampje starten/annuleren
• 2 keer knipperen van het controlelamp-
je einde programma
Het afwaswater wordt niet afgevoerd
• De gootsteenafvoer is geblokkeerd.
Ontstop de gootsteenafvoer.
• De aansluiting van de waterafvoerslang is niet juist. De slang kan
geknakt of ingedeukt zijn.
Zorg er voor dat de aansluiting juist is.
• continu knipperen van het controle-
lampje starten/annuleren
• 3 keer knipperen van het controlelamp-
je einde programma
De anti-overstromingsinrichting is geac-
tiveerd
• Draai de waterkraan dicht en neem contact op met onze service-
afdeling.
12