WOORDENLIJST
135
Nl
AA
NVULLENDE
INF
O
RMA
T
IE
Nederlands
■
Audio en video synchronisatie
(‘lip sync’)
‘Lip sync’ staat voor ‘lip synchronisatie’ en geeft in deze
context zowel het probleem aan als een technische manier
om beeldsignalen en geluid signalen tijdens
signaaloverdracht en weergave netjes met elkaar in de pas
te laten lopen. De verschillende manieren waarop beeld en
geluid verwerkt worden hebben ingewikkelde instellingen
door de eindgebruiker vereist, maar HDMI versie 1.3 is nu
voorzien van een automatisch synchronisatie voor audio
en video die de apparatuur in staat stelt automatisch de
vereiste correcties uit te voeren, zonder dat de gebruiker
daarmee lastig wordt gevallen.
■
Bi-amp dubbele versterkeraansluitingen
Bij bi-amp dubbele versterkeraansluitingen worden twee
versterkers gebruikt voor een luidsprekerbox. De ene
versterker wordt aangesloten op de woofer (lage tonen)
van de box, terwijl de andere wordt aangesloten op het
gecombineerde gedeelte voor de midden- en hoge tonen.
In een dergelijk systeem wordt elk van de luidsprekers
slechts voor een beperkt toonbereik gebruikt. Dit beperkte
toonbereik geeft elk van de gebruikte versterkers minder
zwaar werk te doen en levert minder risico op dat de
weergave negatief wordt beïnvloed. De interne crossover-
schakeling van de leluidspreker taat uit een LPF (Laag
doorlaatfilter) en een HPF (Hoog doorlaatfilter). Zoals de
naam al suggereert kunnen de frequenties beneden een
bepaalde waarde het LPF gewoon passeren, maar zullen
frequenties boven die waarde niet worden doorgelaten. Op
dezelfde manier kunnen frequenties boven de ingestelde
waarde een HPF gewoon passeren.
■
Component videosignaal
In een component video systeem wordt het videosignaal
gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in P
B
en P
R
signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een
betere kleurweergave omdat elk van deze signalen
onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen
worden ook wel “kleurverschilsignalen” genoemd omdat
het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het
kleursignaal. U heeft een monitor met component
ingangsaansluitingen nodig om component videosignalen
te kunnen weergeven.
■
Composiet videosignaal
Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de
basiselementen van het videobeeld: kleur, helderheid en
synchronisatiegegevens. Een composiet video-aansluiting
op een videocomponent geeft deze drie elementen
gecombineerd door.
■
Deep Color
Deep Color verwijst naar de grotere aantallen kleuren
(‘kleurdiepte’) die door beeldschermen kunnen worden
weergegeven, in vergelijking met de 24-bits kleurdiepte in
eerdere HDMI versies. Deze extra bits voor de
kleurweergave (en dus extra mogelijke kleuren) stellen
HDTV’s en andere soorten beeldschermen om het aantal
weer te geven kleuren op te voeren van miljoenen naar
miljarden en zorgen ervoor dat de storende kleurbanden op
het scherm worden vervangen door vloeiende
kleurovergangen en subtiele kleurgradaties. Een verbeterde
contrastverhouding betekent dat er veel meer grijstonen
kunnen worden weergegeven tussen zwart en wit. Deep
Color verhoogt ook het aantal mogelijke kleuren binnen de
door de RGB of YCbCr kleurruimten bepaalde grenzen.
■
‘Dialogue normalization’
‘Dialogue Normalization’ (dialoog normalisatie) is een
Dolby Digital of DTS functie die verschillende programma’s
op een gemiddeld niveau weergeeft zodat de gebruiker het
volume niet hoeft aan te passen wanneer er een ander
Dolby Digital of DTS programma wordt weergegeven.
■
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met volledig
van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3 voorkanalen
(links, midden en rechts), en 2 surround-stereokanalen biedt
Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen met het volle
frequentiebereik. Met een extra kanaal speciaal voor de zeer
lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage Frequentie Effect)
kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1 kanalen (het LFE kanaal
wordt als 0.1 kanaal geteld). Door 2-kanaals stereo voor de
surround-luidsprekers te gebruiken is er een betere weergave
van bewegende geluidsbronnen en een beter algeheel
surroundeffect mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote
dynamische bereik (van het zachtste tot het hardste geluid dat
nog kan worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle
frequentiebereik en de precieze plaatsing van het geluid door
de digitale verwerking biedt de luisteraar een ongehoord
realistische weergave. Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat
voor weergave u wilt horen, van mono tot 5.1 kanaals
weergave, u vraagt, wij draaien.
■
Dolby Digital EX
Dolby Digital EX creëert 6 kanalen met het volledige
frequentiebereik van 5.1-kanaals bronmateriaal. Dit wordt
bereikt met een matrix decoder die 3 surroundkanalen
samenstelt uit de gegevens voor de 2 surroundkanalen uit
de oorspronkelijke opnamen. Voor de beste resultaten
moet Dolby Digital EX gebruikt worden met
filmsoundtracks die zijn opgenomen in Dolby Digital
Surround EX. Met dit extra kanaal krijgt u een meer
dynamische en realistische weergave van bewegende
geluidsbronnen, vooral bij zogenaamde “fly-over” en
“fly-around” effecten.
Woordenlijst