e) Multimeter
• Schakel de meter niet in nadat deze van een koude naar een warme omgeving
is gebracht. De condensatie die zich dan vormt, kan het apparaat permanent
beschadigen. Laat het apparaat eerst op kamertemperatuur komen voordat u
deze inschakelt.
• Controleer of de multimeter ingesteld is op de juiste functie vóór elke meting.
• Om elektrische schokken te voorkomen, dient u de aansluit-/meetpunten tijdens
de meting nooit direct of indirect aan te raken. Controleer de meter vóór elke
meting op beschadiging. Voer nooit metingen uit als de beschermende isolatie is
beschadigd (gescheurd, ontbrekend, etc.).
• Gebruik het apparaat niet tijdens onweer.
• Gebruik het product nooit in de directe nabijheid van krachtige magnetische of
elektromagnetische velden, zendantennes of HF-generatoren. De meting kan
hierdoor worden aangetast.
• Om uw metingen nauwkeurig te houden, dient u de batterij te vervangen wanneer
het “lage battery”-symbooltje verschijnt op de display.
• Let goed op de informatie naast de waarschuwingsmarkeringen bij de
aansluitingen voor de testkabels. De gemeten spanning of stroom mag de
weergegeven waarden niet overschrijden!
• Gebruik de meter nooit wanneer de behuizing is geopend. !LEVENSGEVAARLIJK!
99