vetus®
Accumulator
2
050502.01
1
Werking
In de accumulator bevindt zich een membraan.
Wanneer de pomp start wordt water in het reservoir onder het
membraan gepompt. De lucht, die zich boven het membraan in de
luchtkamer van de accumulator bevindt, wordt samengeperst tot de
druk waarop de pomp-pressostaat is afgesteld. Deze samengeperste
lucht fungeert als buffer.
Bij openen van een kraan zorgt de druk in de luchtkamer ervoor dat
onmiddellijk water geleverd word. Bij plotseling sluiten van een kraan
wordt voorkomen dat er stoten in de leiding optreden (waterslag). De
accumulator zorgt dus voor een constante stroom water uit de kraan.
2
Installatie
Plaatsing
De accumulator moet in de drukzijde van de pomp in de leiding ge-
plaatst worden, bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de pomp. Installeer
de accumulator vóór eventuele filters of terugslagkleppen.
Plaats de accumulator in een vorstvrije ruimte , maar voldoende ver
verwijderd van een hittebron. Voor het leidingschema, zie tek. 1.
Montage
Zorg er voor dat de pomp is uitgeschakeld en open een kraan om de
druk van de waterleiding af te halen.
De accumulator mag in elke stand worden gemonteerd. In verband
met het winterklaar maken verdient het echter aanbeveling om de
accumulator rechtop met de leiding-aansluitingen aan de onderzijde
te monteren.
Aansluiten
Beide aansluitingen zijn gelijkwaardig, er is geen voorkeur IN- of UIT-
aansluiting.
• Monteer de slangaansluitingen op de accumulator, zie tek. 2.
W
aarschuWing
Pas nooit Teflon tape of een vloeibaar afdichtmiddel toe op de
schroefdraad.
T
ip
De slangaansluitingen zijn voorzien van een ‘conus afdichting’,
de zorgt voor een waterdichte afdichting door ze met de hand
vast te zetten.
• Sluit de accumulator aan met tenminste 30 cm gewapende flexi-
bele slang van een goede kwaliteit (12,7 mm, 1/2”). Vermijd scher-
pe knikken en zakken in de slang.
De gewapende slang moet een zogenaamde levensmiddelenkwali-
teit zijn en tenminste bestand zijn tegen een temperatuur van 50˚C
en een druk van 5 bar (5 kgf/cm
2
).
Vetus levert een voor tapwater geschikte slang. Deze slang is smaak-
vrij, niet giftig, bestand tegen temperaturen van -5˚C tot +65˚C.
Art.code: DWHOSE12A, drinkwaterslang inw. ø 12,7 mm (1∕2”)
• Monteer elke slangverbinding met een goede roestvaststalen
slangklem.
W
aarschuWing
S
luit de accumulator nooit direct aan op pijp.
L
eT
op
Indien de installatie is uitgevoerd met koperen pijp dient de
accumulator toch met korte stukken slang te worden aange-
sloten.
Voordruk van de membraan
L
eT
op
De voordruk van de membraan moet vóór ingebruikname van
het systeem worden ingesteld.
De accumulator wordt geleverd met een voordruk van 0,7 bar. De
optimale instelling van de voordruk is 0,2 bar lager dan de inschakel-
druk van de pompschakelaar.
Indien de inschakeldruk van de pomp bijvoorbeeld 1,9 bar bedraagt,
moet de voordruk 1,7 bar bedragen.
• Zorg er voor dat de pomp is uitgeschakeld en open een kraan om
de druk van de waterleiding af te halen.
• Controleer de druk met een bandenspanningsmeter.
Sluit een luchtpomp aan op het autoventiel om de druk te verhogen.
Druk de pen van het ventiel in om de druk te verlagen.
W
aarschuWing
Gebruik de accumulator nooit voor brandbare vloeistoffen,
benzine, dieselolie, etc.
Overschrijd nooit de maximale voordruk van 8.5 bar.
3
Winterklaar maken
Het gehele drinkwatersysteem inclusief het waterdruksysteem dient
te allen tijde afgetapt te worden. Vul nooit, als alternatief, het drink-
watersysteem met anti-vries; dit is zeer giftig.
4
Storing zoeken
De pomp wordt snel in- en uitgeschakeld bij een gedeelte-
lijk geopende tapkraan.
- Voordruk is onjuist > Controleer en stel voordruk juist in.
- Membraan gescheurd. >Vervang de accumulator.
Water lekt uit het Schräder-ventiel.
- Membraan gescheurd > Vervang de accumulator.
N.B. Reserveonderdelen zijn niet beschikbaar. Een defecte accu-
mulator moet in zijn geheel worden vervangen.
NEDERLANDS
