DEM600
V. 01 – 20/12/2023
15
©Velleman Group nv
•
Houd het apparaat tegen de muur en schuif het langzaam over
het gescande oppervlak, schommel niet met het apparaat, kantel
het niet en druk er niet hard op.
•
Plaats uw andere hand of een ander lichaamsdeel niet op het te
scannen oppervlak. Dit verstoort de werking van het apparaat.
•
Als je onregelmatige scanresultaten krijgt, kan dit het gevolg zijn
van vochtigheid, vocht in de muurholte of gipsplaat, of recent
aangebrachte verf of behang dat nog niet volledig gedroogd is.
Hoewel het vocht niet altijd zichtbaar is, stoort het de sensoren
van het apparaat. Laat de muur een paar dagen drogen.
•
Afhankelijk van hoe dicht de draden of buizen zich bij het
muuroppervlak bevinden, kan het apparaat ze op dezelfde
manier detecteren als draadeinden. Wees altijd voorzichtig bij het
spijkeren, snijden of boren in muren, vloeren en plafonds die
deze voorwerpen kunnen bevatten.
•
Om ongelukken te voorkomen, moet je onthouden dat staanders
of liggers normaal gesproken 41 of 61 cm (16 of 24 inch) uit
elkaar staan en 38 mm (11⁄2 inch) breed zijn.
Alles wat dichter bij elkaar ligt of een andere breedte heeft, is
mogelijk geen draadeind, draagbalk of breuk. Schakel altijd de
stroom uit als u in de buurt van elektriciteitskabels werkt.
SCANNEN VAN VERSCHILLENDE OPPERVLAKKEN
Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik op droge binnenmuren.
Pas geverfde muren: Kan een week of langer duren om te drogen na het
aanbrengen.
Opmerkingen:
Detectiediepte en -nauwkeurigheid kunnen variëren door
vocht, materiaalinhoud, muurtextuur en verf.
Dit toestel is niet ontworpen om materialen te scannen zoals: Keramische
vloertegels, tapijt en ondervloer, latten en pleistermuren, isolatieplaten met
foliebekleding, glas of enig ander dicht materiaal.
WAARSCHUWING:
Vertrouw niet uitsluitend op het apparaat om de
objecten achter het gescande oppervlak te lokaliseren, gebruik waar
mogelijk andere informatiebronnen voor hulp. Deze aanvullende bronnen
zijn onder andere bouwtekeningen, zoals zichtbare ingangspunten en
bedrading van muren in kelderleidingen, en standaardafstanden van 41 en
61 cm (16 en 24 inch) tussen studs.