Een meting verrichten
1 Druk op de start-/stopknop.
Alle symbolen verschijnen op
het scherm. De manchet wordt
automatisch opgeblazen.
2 Het meting begint tijdens het
oppompen.
Het hartslagsymbool licht op bij
elke gedecteerde polsslag.
3 De bloeddruk en de polsfre-
quentie worden weergegeven
wanneer de meting klaar is.
De manchet loopt automatisch
leeg en de meetresultaten wor-
den in het geheugen opgesla-
gen.
Het teken
er een hartritme-
stoornis is gedetecteerd.