De zelfaandrijving
gebruiken
Uitsluitend modellen met
zelfaandrijving
Om de zelfaandrijving te bedienen moet u de
aandrijfstang van de zelfaandrijving (
inknijpen in de richting van de hendel en vasthouden.
g009642
Figuur 18
1.
Stang voor zelfaandrijving
Om de zelfaandrijving uit te schakelen laat u de stang
los.
Opmerking:
De zelfaandrijving heeft een vaste
maximumsnelheid. Om de snelheid te verminderen,
moet u de ruimte tussen de stang voor de
zelfaandrijving en de handgreep vergroten.
De motor afzetten
Onderhoudsinterval:
Bij elk gebruik of dagelijks
Om de motor af te zetten, laat u de bedieningsstang
van het maaimes los (
g009643
Figuur 19
Opmerking:
Verwijder de sleutel (indien de machine
hiermee is uitgerust) als u de machine verlaat.
Belangrijk:
Als u de bedieningsstang loslaat,
moeten de motor en het mes binnen 3 seconden
stoppen. Als dit niet gebeurt, mag u de machine
niet verder gebruiken en moet u contact opnemen
met een erkende servicedealer.
Het maaisel uitstrooien
Uw machine wordt in de fabriek klaargemaakt om
maaisel en bladafval te mulchen en terug in het gazon
te drijven.
Als de grasvanger op de machine zit, moet u die
verwijderen alvorens het maaisel te recyclen. Zie
grasvanger verwijderen (bladz. 13)
.
12