voor gebruik met het TIMBERPRO
or TIMBERPRO zijn goedgekeur d
TIMBERPRO of producten die do-
5. Voor veilig gebruik
•
ALS IEMAND U NADERT
1. Wees voortdurend alert op gevaarlijke
situaties. Waarschuw volwassenen om
kinderen en huisdieren uit de buurt van
het werkterrein te houden. Wees extra
voorzichtig wanneer iemand u nadert.
Rondvliegend vuil kan verwondingen
veroorzaken.
2. Als iemand u tijdens uw werk roept of
aandacht vraagt, schakel dan de mo-
tor uit voordat u zich omdraait.
ONDERHOUD
1. Voer het in deze gebruiksaanwijzing
beschreven inspectie- en onderhouds-
werk regelmatig uit om uw gereed-
schap in optimale conditie ten houden.
2. Zet de motor altijd af en maak de
bougiekabel los voordat u begint met
onderhouds- of inspectiewerkzaam-
heden.
WAARSCHUWING
De metalen onderdelen kunnen direct
na het uitschakelen van de motor erg
heet zijn.
3. Wanneer u de hulpstukken of andere
onderdelen vervangt of de olie of
overige smeermiddelen ververst, ge-
bruik dan alleen
producten van
gereedschap.
4. Voor het vervangen van onderdelen
of het uitvoeren van onderhoud of
reparatie dat niet in deze gebruiks-
aanwijzing wordt beschreven, dient u
contact op te nemen met de dichtst-
bijzijnde Timberpro onderhoudsdealer.
5. Gebruik geen accessoires of hulpstuk-
ken die niet voorzien zijn van de
Timberpro aanduiding of die niet voor
gebruik met de bosmaaier zijn
aanbevolen.
6. De bosmaaier mag onder geen
enkele voorwaarde gedemonteerd of
aangepast worden. Anders kan de
bosmaaier tijdens gebruik worden be-
schadigd of defect raken.
HET HANTEREN VAN
BRANDSTOF
1.
De motor TIMBERPRO gereed-
schap loopt op mengsmering met het
uiterst brandbare benzine. In de buurt
van verwarmingstoestellen, kachels,
open vuur en op plaatsen waar wordt
gelast en vonken kunnen ontstaan of
andere mogelijke warmtebronnen
zijn, mag geen brandstof worden be-
waard of bijgevuld.
2. Rook niet tijdens het gebruik van de
bosmaaier of tijdens het vullen van de
brandstoftank.
3. Schakel de motor uit en laat deze
voldoende afkoelen voordat u de
brandstoftank vult. Controleer voordat
u de brandstoftank vult of er in de dire-
cte omgeving geen vonken kunnen
ontstaan of open vuur is.
4. Veeg eventueel gemorste brandstof
weg met een droge poetsdoek.
5. Schroef de tankdop na het vullen van
de tank goed vast en breng de
bosmaaier op een afstand van
tenminste 3 m van de plek waar de
tank is gevuld voordat u de motor start.
6. Adem niet de benzinedampen in want
deze zijn giftig.
VERVOER
1. Tijdens het in de hand dragen van de
bosmaaier, moet het hulpstuk des-
noods worden afgedekt. Til de bosma-
aier op en let tijdens het dragen
voortdurend op het hulpstuk.
2. Vervoer de bosmaaier niet over grote
afstanden in de auto zonder alle
brandstof uit de brandstoftank te
verwijderen, vooral niet over oneffen
wegen. Anders kan er tijdens het
vervoer brandstof uit de tank lekken.
NL 51
Summary of Contents for HT340
Page 1: ......