23
De LEDs hieronder en de desbetreffende paragrafen zijn in de volgorde van het laadprogramma genummerd.
VOEDING AAN: LED #1 -
Bevestigt de AC-voeding naar de lader.
HOGE en LAGE intensiteitsweergave: "VOEDING AAN" LED #1 zal fel branden wanneer stroom wordt geleverd aan de accu.
De "VOEDING AAN" LED #1 brandt minder fel in de energiezuinige 'ECO'-modus. Dit gebeurt als er geen accu aangesloten is of als er een
accu aangesloten is en het programma zich in de spanningsbehoudtest of de 'rustperiodes' van de onderhoudslaadmodus bevindt.
BESCHERMING OMGEKEERDE POLARITEIT: LED #2 -
brandt wanneer de accu verkeerd is aangesloten. De lader is elektronisch beveiligd,
zodat er niets wordt beschadigd. De uitgang zal uitgeschakeld blijven tot de aansluitingen correct zijn.
LED #3 "SPAARSTAND" licht op als de accu volledig leeg is (diep ontladen of gesulfateerd),
BELANGRIJK:
als deze modus wordt ingeschakeld, raadpleeg het hoofdstuk ZEER PLATTE VERWAARLOOSDE ACCU'S.
Deze modus wordt ingeschakeld wanneer de accu meer dan 90% ontladen is / de spanning minder dan 12,8 V bedraagt. De laadstroom
wordt automatisch aangepast volgens de spanning en de omgevingstemperatuur die werden gemeten tijdens de prekwalificatietest.
S
PAARMODUS ZEER LAGE SPANNING
voor accu's tussen 0,6 V en 8,8 V: de stroom start bij 200 mA en loopt op tot 325 mA, afhankelijk
van de voortgang van het laadproces. Wanneer na 2 uur de spanning niet boven 8,8 V komt, wordt het laadproces onderbroken en brandt de
TESTLED #6 (rood). Dat betekent dat de accu mogelijk blijvende schade heeft opgelopen of dat een professionele beoordeling vereist is
SPAARMODUS LAGE SPANNING
voor accu's tussen 8,9 V en 12,8 V: de maximale stroom is ingesteld op 0,8 A. De stroomopname van de
accu wordt gecontroleerd op abnormaal gedrag. Een LiFePO4-accu in goede staat gaat in modus LADEN na 4 uur. Is dat niet het geval, dan
wordt het laadproces onderbroken en knippert de TESTLED #6 (rood). Dat betekent dat de accu mogelijk blijvende schade heeft opgelopen
of dat een professionele beoordeling vereist is
LED #4 Laden en ladingcontrole
LADEN:
De BULK-LAADfase levert een constante stroom van ongeveer 1,0Ampère max. aan de accu, met een spanning tot 14,2 - 14,4V.
CONTROLE:
Het circuit controleert het laadniveau van de accu. Indien de accu verder moet geladen worden, keert het programma voor korte
periodes terug naar BULK laden om een variabele stroompuls te geven. Deze herhaling gebeurt zo vaak als nodig, tot de stroomtoevoer lager
is dan 200mA bij 13,6V (dit toont aan dat de accu zoveel lading heeft aanvaard, als haar grondtoestand toelaat). (zie verwachte laadtijd)
Nota
Om veiligheidsredenen is de totale laadtijd beperkt tot 48 uur.
SPANNINGSBEHOUDTEST: LED #5 knippert
De levering
van stroom aan de accu wordt gedurende
12 uur*
onderbroken, zodat het programma kan bepalen of de accu in staat is om de
lading vast te houden. Voor accu's in een gezonde conditie zou LED #5 (groen) tij dens deze
12 uur*
continu moeten blijven knipperen. Lees
de paragraaf OPMERKINGEN OVER DE TESTRESULTATEN over de redenen voor slechte resultaten of over het testen van een accu die een
goed resultaat laat zien, maar niet voldoende vermogen kan leveren wanneer hij weer in gebruik wordt genomen.
ONDERHOUDSLADEN: LED #5, 6 branden constant
Het laadcircuit levert gedurende 30 minuten stroom aan de accu binnen een veilige begrenzing van 13,6 V, terwij l het resultaat van de
spanningsbehoudtest wordt weergegeven. Als #6 led (rood) oplicht, wordt de SPANNINGSBEHOUDTEST herhaald. Een ononderbroken #5 led
(groen) signaleert de 30 minuten durende druppellaadperiode die wordt afgewisseld met de 30 minuten durende RUSTperiode (waarbij de
accu niet wordt opgeladen), totdat de accu wordt losgekoppeld.
OPMERKINGEN OVER DE TESTRESULTATEN:
1. Voor een ander testresultaat dan groen #5, koppel de accu los van het elektrische systeem dat hij ondersteunt en sluit de OptiMate
opnieuw aan. Indien het testresultaat nu beter is, is het stroomverlies gedeeltelijk te wijten aan een elektrisch probleem in het elektrische
systeem en niet aan de accu zelf. Als het resultaat nog niet beter is, brengt u de accu beter naar een professionele werkplaats waar
professioneel materiaal voorhanden is en het probleem grondig kan worden onderzocht.
2. Wanneer enkel led #6 (rood) brandt of wanneer led #5 (groen) en led #6 (rood) beide branden, is er sprake van een ernstig probleem. Als
de groene en rode leds branden, betekent dit dat de accuspanning na het laden niet wordt vastgehouden of dat ondanks verschillende
CHARGE
SAVE
SAVE
LED #5
LED #6
LED #1
LED #2
LED #3
LED #4