Downloaded from www.vandenborre.be
Downloaded from www.vandenborre.be
NL
2
21
INSTALLATIE
3 - INSTALLATIE
Als volgt te werk gaan:
3.1 - Installatie van de inbouwgroep
3.2 - Afzuig - of recirculatie verbinding
3.3 - Elektrische verbinding en in bedrijf stelling
3.1 - Installatie van de inbouwgroep
1 - Maak een rechthoekige opening op de onderkant van het hangkastje of van de kap, waarbij u
minstens 13 mm ruimte vanaf de buitenste randen laat, afhankelijk van de afmetingen die zijn
aangegeven in de tabel.
2 - Voorzie, zowel voor de afvoer- als voor de recirculatie uitvoering, een aangepaste opening
voor de luchtuitlaat van de inbouwgroep, in het keukenmeubeltje of wasemkap.
3 - Demonteer de drager van het afzuiggedeelte (uitvoering met rooster of uitvoering met filters),
terwijl u tegelijkertijd aan de twee knoppen A (afb. 1) trekt:
a) Bevestiging met schroeven
Bevestig de inbouwgroep aan de kap of aan het hangkastje met behulp van de bij de acces-
soires (afb. 2) geleverde zelftappende schroeven (nr. 8).
4 - Sluit de drager van het afzuiggedeelte weer door de twee knoppen A in te drukken en vast te
zetten (afb. 3).
3.2 - Afzuig - of recirculatie verbinding
1 - Afzuigverbinding:
a - De inbouwkap met behulp van een stijve of flexibele buis diam. 100 of 120 mm en een
bevestigingsring (niet bijgeleverd) aan een buitenafvoer verbinden (fig. 2).
b - Indien aanwezig, de actiefkoolstoffilter demonteren (zie § 6.2).
2 - Recirculatieverbinding:
a - Controleer of de koolstoffilters binnenin de inbouwgroep gemonteerd zijn (zie § 6.2 ).
b - De gezuiverde lucht wordt terug in de ruimte in omloop gebracht door de opening boven
het keukenmeubeltje of wasemkap (fig. 3).
3.3 - Elektrische aansluiting en in bedrijf stelling
1 - De in § punt 4.2, 4.3 en 4.4.
2 - Na de aansluiting aan het electrische net, verlichting, motor en bedrijfssnelheden controlen op
een juiste functie.