55
NL
9.
9. Gebruik het elektrische gereedschap niet op plaatsen waar de omgevingstemperatuur lager dan 4 ° C (39,2 ° F) isof hoger
dan 40 ° C (105 ° F) kan zijn.
10.
Een kortsluiting van de accu leidt tot een grote stroomstoot, kan oververhitting, mogelijke brandwonden en zelfs een defect
veroorzaken.
• Raak de aansluitingen niet aan met geleidend materiaal.
• Bewaar de accu niet in een container met andere metalen voorwerpen zoals spijkers, munten, enz.
• Stel de accu niet bloot aan water of regen.
11. Achtereenvolgens opladen kan oververhitting veroorzaken. Als u accu’s achtereenvolgens moet opladen, wacht dan ongeveer 15
minuten totde lader afgekoeld is.
Aanvullende Veiligheidswaarschuwingen
Draag altijd oogbescherming met zijschermen die zijn gemarkeerd om te voldoen aan ANSI Z87.1. CE EN166.
Zorg ervoor dat iedereen in uw werkgebied hetzelfde type veiligheidsbril draagt.
GEVAAR
HetFusion-gereedschap wordt geladen met perslucht in een verzegelde kamer. Laat de perslucht ontsnappen
voordat u onderhoud of reparatie uitvoert.
De onder druk staande lucht moet voorafgaand aan het onderhoud worden afgelaten. Belangrijke componenten
zoals de zuiger / aandrijfeenheid, tandwielkast, zuigeraanslag en geleidingslichaam maken allemaal deel uit van
de aandrijfeenheid.
Opzettelijk knoeien met de aandrijfeenheid kan resulteren in het vrijkomen van de aandrijving.
Elke reparatie of upgrade die toegang tot de drukkamer vereist, kan worden uitgevoerd door een geautoriseerde
Senco-dealer of servicecentrum.
Koppel het gereedschap los van de accu bij:
• Het niet onder controle of toezicht staan van de operator.
• Onderhoud of reparatie.
• Verhelpen van het vastlopen van het gereedschap.
• Bij het verplaatsen van het gereedschap naar een nieuwe locatie.
• Aanpassen van de diepteregeling.
Voer bij een losgekoppelde accu een dagelijkse inspectie uit om zeker te zijn van vrije beweging van het werkstukcontactelement en de
trekker. Gebruik geen gereedschap als het werkstukcontactelement of de trigger blijft steken of vastloopt.
Verwijder altijd uw vinger van de trekker wanneer u geen bevestigingsmiddelen afvuurt. Draag het gereedschap nooit met de vinger op
of onder de trekker. Het gereedschap zal een bevestigingsmiddelafvuren als er tegen het werkstukcontactelement wordt gestoten en de
trekker wordt overgehaald.
Schiet bevestigingsmiddelen alleen in geschikte werkoppervlakken; nooit in materialen die te hard zijn om te penetreren.
Drijf geen bevestigingsmiddelen bovenop andere bevestigingsmiddelen of met het gereedschap in een te scherpe hoek; de bevestigin-
gen kunnen afketsen en iemand verwonden.
Bij het gebruik van gereedschap dient men voorzichtig te zijn vanwege de mogelijkheid van terugslag van het gereedschap nadat een
bevestigingsmiddel is afgeschoten. Als het werkstukcontactelement na een terugslag onbedoeld opnieuw in contact komt met het
werkoppervlak, kan een ongewenstbevestigingsmiddel worden afgevuurd. Laat het gereedschap daarom volledig van het werkoppervlak
terugveren nadat een bevestigingsmiddel is afgeschoten om deze toestand te voorkomen. Duw het werkstukcontactelement pas op het
werkoppervlak als een tweede bevestiging gewenst is.
Bekijk de activeringsopties.
Drijf geen bevestigingsmiddelen dicht bij de rand van het werkoppervlak. Het werkstuk zal waarschijnlijk splijten en het bevestiging-
smiddel kan wegvliegen of afketsen en iemand raken.
Gebruik nooit enig onderdeel van het gereedschap (d.w.z. de dop of het gereedschapslichaam) als hamer. Het gereedschap kan worden
geactiveerd of beschadigd raken, wat kan leiden tot een onveilige toestand.
SAFETY WARNINGS