56
11. Bediening
a) Functies en display
Drukknop (reset) (7)
Deze drukknop dient samen met de draairegelaar
TUNE
(9) voor het
instellen/afstellen van het nulpunt van de wijzer in het analoge display.
Draairegelaar
TUNE
(9)
De draairegelaar
TUNE
(9) werkt samen met de drukknop (7) voor het
instellen/afstellen van het nulpunt van de displaywijzer.
Draairegelaar
VOLUME
Deze regelaar dient in combinatie met de draairegelaar
DISC
(15) en
TUNE
(9) voor de instelling van de balans van de interne elektronica
en de zoekspoel (1) van de metaaldetector. De instelling aan deze
regelaar beïnvloedt het volume van het uitgevoerde geluidssignaal voor
de luidspreker (13) en hoofdtelefoon in indirecte, maar niet-lineaire
manier. Deze draairegelaar moet echter zo worden ingesteld, dat een
geluidssignaal in de basisinstelling nauwelijks nog hoorbaar is.
Draairegelaar
DISC
(15)
Instellen van de metaal-onderscheiding van de zoekschotel (1). Het
aanpassen van de metaal-onderscheiding heeft ook invloed op de
gevoeligheid van de metaaldetector.
Led-indicator van batterijstatus (11) Bij lage batterijspanning (<7 V/DC) gaat de led branden.
Analoog display (12)
Aanduiding van de geschatte materiaalsoort (rechts = non-ferrometaal,
links=staal/ijzer).
Luidspreker (13)
Uitgang van geluidssignalen
Aansluiting voor hoofdtelefoon (14) Sluit een passende hoofdtelefoon met 3,5 mm jack-stekker aan. De
luidspreker (13) wordt uitgeschakeld.
b) In- en uitschakelen
• Draai de draairegelaar
VOLUME
(10) rechtsom om de metaaldetector in te schakelen. Na de hoorbare en voelbare
klik is de metaaldetector ingeschakeld. Zet deze draaiknop bij het begin van het zoeken ongeveer op het vierde
punt van de schaal.
Stel deze draaiknop niet op de maximum stand. De metaaldetector zal dan continue een luide toon laten
horen.
• Draai de draairegelaar
VOLUME
(10) linksom om de metaaldetector uit te schakelen. Na de hoorbare en voelbare
klik is de metaaldetector uitgeschakeld (stand "OFF"). De led-indicator van batterijstatus (11) gaat kort branden en
gaat dan weer uit.
c) Basisinstelling - TUNE
Deze instelling is nodig om ervoor te zorgen dat de metaaldetector consistente wijzeraanduidingen produceert en dat
de audiosignalen consistent reproduceerbaar zijn. Er moeten ook zo weinig storingen of valse indicaties optreden.
Herhaal dit instellingenproces na elke herstart van het apparaat.
• Zorg ervoor dat de zoekschotel (1) uit de buurt is van metalen objecten en bovengrondse andere storingsbronnen
(bijv. tl-lampen). Houd de zoekschotel (1) minstens 30 cm van de grond af in een open ruimte.
• Draai de draairegelaar
VOLUME
(10) rechtsom om de metaaldetector in te schakelen.