95
13. Verhelpen van storingen
Het modelvoertuig werd volgens de nieuwste technische inzichten vervaardigd. Er kunnen desondanks problemen of
storingen optreden. Omwille van deze reden willen wij u graag wijzen op enkele manieren om eventuele storingen op
te lossen. Neem bovendien de meegeleverde gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening in acht!
Het model reageert niet
• Is de rijaccu van het voertuig of zijn de batterijen/accu’s in de zender leeg?
• Heeft u de zender en de rijregelaar ingeschakeld? Juist is: altijd eerst de zender inschakelen, pas daarna de rijregelaar!
• Is de rijaccu correct op de rijregelaar aangesloten?
• Is het voertuig te ver weg? Bij een volle rijaccu en volle batterijen/accu’s in de zender moet een reikwijdte van 100 m
en meer mogelijk zijn. Dit kan echter verminderd worden door omgevingsinvloeden, vb. zender op dezelfde of nabije
frequentie (vb. WLAN-apparaten, Bluetooth, etc.).
• Test de juiste positie van de stekker van de rijregelaar en van de stuurservo in de ontvanger. Als de stekkers 180°
omgekeerd zijn ingestoken, dan functioneren de rijregelaar en de stuurservo niet (wanneer de stekkers van rijregelaar
en stuurservo met elkaar worden gewisseld, stuurt de gas-/remhendel de stuurservo en het draaiwiel de rijfunctie).
De LED op de rijregelaar moet tijdens het vooruit rijden snel knipperen (LED licht permanent rood op bij volgas).
Tijdens het achteruitrijden moet de LED langzaam knipperen. In de neutrale stand licht de LED groen op.
Het voertuig blijft niet stilstaan als de gas/remhendel losgelaten wordt
• Stel op de zender de neutrale stand voor de rijfunctie juist in.
Voertuig wordt langzamer of de stuurservo toont enkel nog geringe of helemaal geen reactie; de reikwijdte
tussen de zender en het voertuig is enkel zeer kort
• De rijaccu is zwak of leeg.
De stroomvoorziening van de ontvanger en daarmee ook de stuurservo gebeurt via de BEC van de rijregelaar.
Omwille daarvan voert een zwakke of lege rijaccu ertoe, dat de ontvanger niet meer goed werkt. Wissel de rijaccu
tegen een nieuwe volledig opgeladen rijaccu (vooraf een pauze van 5 - 10 minuten inlassen opdat de motor en de
rijregelaar voldoende kunnen afkoelen).
• Controleer de batterijen/accu’s in de zender.
Het rechtuitrijden klopt niet
• Stel het rechtuitrijden op de zender af met de bijhorende trimfunctie voor de stuurfunctie.
• Controleer de stuurstangen, resp. de instelling voor het spoor op het voertuig.
• Heeft het voertuig een ongeval gehad? Dan controleert u het voertuig op defecte of gebroken onderdelen en vervangt
u deze.