Voorkomen van
beschadigingen
WAARSCHUWING
!
Gebruik luidsprekers van meer dan 50 W
(uitgangsvermogen) en tussen 4
W
t/m 8
W
(impedantiewaarde). Gebruik geen luid-
sprekers van 1
W
t/m 3
W
voor dit toestel.
!
Zorg ervoor dat u de zekering alleen ver-
vangt door een zekering met de waarde
die op het product staat aangegeven.
!
Wanneer u een stekker uittrekt, pak dan de
stekker zelf vast. Trek niet aan de draad,
want het is mogelijk dat u deze uit de stek-
ker trekt.
!
Dit product kan niet worden geïnstalleerd
in een voertuig zonder ACC (Accessoire)
stand op de contactschakelaar.
ACC
ON
S
T
A
R
T
O
FF
ON
S
T
A
R
T
O
FF
ACC stand
Geen ACC stand
!
Om kortsluiting te voorkomen dient u de
losgekoppelde draad af te dekken met iso-
latieband. Het is met name van belang alle
ongebruikte speakerdraden te isoleren.
Wanneer deze onbedekt blijven, kan er kort-
sluiting ontstaan.
!
Zie voor nadere informatie over het aanslui-
ten van de eindversterker en andere toestel-
len de gebruikershandleiding en voer de
aansluiting vervolgens uit zoals hierin be-
schreven.
!
Aangezien een uniek BPTL-circuit wordt ge-
bruikt, mag de
*
zijde van de speaker-
draad niet direct worden geaard en mogen
de
*
zijden van de speakerdraden niet met
elkaar worden verbonden. Zorg ervoor dat
*
zijde van de speakerdraad wordt verbon-
den met de
*
zijde van de speakerdraad
op het navigatiesysteem.
!
Indien de RCA-aansluiting op dit product
niet wordt gebruikt, dan mogen de dopjes
die aan het einde van de aansluiting zijn
bevestigd niet worden verwijderd.
Opmerking over de blauw/
witte draad
!
Wanneer de contactschakelaar wordt aan-
gezet (ACC ON), wordt er een regelsignaal
uitgevoerd via de blauw/witte draad. Ver-
bind de draad met de afstandsbedienings-
aansluiting van een externe eindversterker,
de bedieningsaansluiting van het relais
voor een automatische antenne, of de be-
dieningsaansluiting voor een antennesig-
naalversterker (max. 300 mA 12 V DC). Het
regelsignaal wordt uitgevoerd via de blauw/
witte draad, ook wanneer de audiobron is
uitgeschakeld.
!
Gebruik deze draad in geen geval als de
stroomdraad voor externe eindversterkers.
Een dergelijke aansluiting kan leiden tot
een te hoge stroom en daardoor tot storin-
gen en defecten.
!
Gebruik deze draad in geen geval als de
stroomdraad voor de automatische anten-
ne of de antennesignaalversterker. Een der-
gelijke aansluiting kan leiden tot een te
hoge stroom en daardoor tot storingen en
defecten.
Nl
113
Hoofdstuk
Nederlands
03
Systeemcomponenten aansluiten