NL 4
Gebruik
Pannen
• Zorg er altijd voor dat de vlammen onder de pan blijven.
Als vlammen om de pan heen branden gaat veel energie verloren.
Bovendien kunnen de handgrepen dan te heet worden.
• Gebruik geen pannen met een te kleine bodemdiameter. Te Kleine
pannen staan niet stabiel op het kookrooster.
De aanbevolen panbodemdiameters zijn:
• sterkbrander
minimaal 20 cm
• normaalbrander
minimaal 14 cm
• sudderbrander
minimaal 10 cm (met hulprooster)
• wokbrander
minimaal 20 cm
Pandrager
• Plaats de pandragers rechtstandig naar beneden, zonder over de
vangschaal te schuiven.
• Positioneer de pandragers op de juiste manier op de vangschaal.
Belangrijk
• Het gebruik van het toestel produceert warmte en vocht in de
ruimte waar deze geïnstalleerd is. Controleer of de ruimte voldoende
geventileerd is; houd de natuurlijke ventilatiegaten open of installeer
een mechanische ventilatie-inrichtingen (bv. een afzuigkap).
• Bij langdurig gebruik van het toestel kan extra ventilatie nodig zijn,
bijvoorbeeld door een raam te openen.
• Als de gaskookplaat niet binnen 15 seconden ontsteekt, ventileer
dan eerst de ruiimte en wacht minstens 1 minuut alvorens opnieuw
te ontsteken.
BEDIENING
fout
goed
Summary of Contents for GK4060MAT
Page 27: ......
