NL
34
-
Til het gereedschap alleen op aan het
transporthandvat met de zaagarm ver-
grendeld in de onderste positie.
-
Gebruik de zaag niet zonder de bescher-
mers in de juiste positie en alleen wanneer
het apparaat in goede conditie is en goed
is onderhouden.
-
Zorg ervoor dat de arm goed vast zit bij
schuinzagen.
-
Zorg ervoor dat de vloer rond de machine
stabiel en waterpas is, goed opgeruimd
blijft en vrij is van losse materialen zoals
spaanders en afgezaagde stukken.
-
Zorg ervoor dat de snelheid die op het
zaagblad staat ten minste gelijk is aan de
snelheid die op de zaag wordt aangege-
ven.
-
Zorg ervoor dat eventuele spacers en as-
ringen geschikt zijn voor het doel dat door
de fabrikant wordt aangegeven.
-
Verwiijder geen afgezaagde stukken of
andere delen van het werkstuk in het
werkgebied wanneer de machine draait
met een onbeschermd zaagblad.
-
Voer de zaagsneden correct en veilig uit:
a) Klem werkstukken altijd vast aan de
zaagtafel.
b) Zorg voor het zagen altijd of de tafel
stabiel is.
c) Zet de machine vast op een werkbank
indien nodig.
d) Ondersteun lange werkstukken met ge-
schikte extra ondersteuning indien nodig.
-
Zorg voor adequate algemene of plaatse-
lijke verlichting.
-
De bediener is adequaat getraind in het
gebruik, de instelling en de bediening and
van de machine.
-
Gebruik correct geslepen zaagbladen.
Neem de maximale snelheid op het zaag-
blad in acht.
-
Zorg ervoor dat de machine altijd op een
werkbank is bevestigd.
-
Vervang het tafelinzetstuk indien dit ver-
sleten is.
Haal de stekker uit het stopconact voordat u
instellingen of onderhoud verricht.
1. Alleen hout of producten zoals houtvezel-
plaat van gemiddelde dichtheid kunnen
met deze zaag worden bewerkt. Andere
materialen kunnen barsten of ervoor zor-
gen dat het blad vastloopt.
2. Plaats nooit bladen van mindere kwaliteit.
Plaats alleen zaagbladen van de correcte
maat.
3. Laat het blad op volledige snelheid komen
voordat u begint te zagen.
4. Gebruik geen botte of beschadigde bla-
den.
5. Zorg ervoor dat de richtingsmarkering op
het blad correspondeert met de rotatie-
richting van de motor.
6. Zorg dat de beweegbare beschermer vrij
kan bewegen zonder vast te lopen.
7. Zaag nooit stukken die te klein zijn om ze
veilig tegen de rechte geleider te houden.
Houd voldoende vrije ruimte om uw hand
op veilige afstand van de zaag te plaatsen.
8. Controleer de bout waarmee het blad vast
zit regelmatig.
9. Gebruik de machine niet wanneer een
onderdeel van de behuizing ontbreekt of
beschadigd is.
10. Start de zaag niet wanneer het zaagblad in
het werkstuk is geplaatst.
11. Alvorens te zagen laat u het zaagblad
een paar seconden vrij draaien. Als u een
vreemd geluid hoort of een trilling voelt,
schakel het apparaat dan meteen uit en
haal de stekker uit het stopcontact.
12. Probeer nooit uit losse hand te zagen.
Zorg er altijd voor dat het werkstuk veilig
en stevig tegen de rechte geleider en de
bladondersteuning is geplaatst.
13. Vergeet de instelsleutels, spanner en
moersleutels niet te verwijderen voordat u
het gereedschap inschakelt.
14. Houd tijdens het gebruik van de machine
uw handen uit de buurt van het zaagge-
bied.
15. Controleer altijd of zaagbeveiliging werkt
voordat u het apparaat gebruikt. Als de
PKS210_Kappsäge_Content_V1.0_13-10-11.indd 34
14.10.13 16:24
Summary of Contents for PE-1400 KS
Page 47: ...SV 45 PKS210_Kapps ge_Content_V1 0_13 10 11 indd 45 14 10 13 16 24...
Page 57: ...CZ 55 PKS210_Kapps ge_Content_V1 0_13 10 11 indd 55 14 10 13 16 24...
Page 67: ...SK 65 PKS210_Kapps ge_Content_V1 0_13 10 11 indd 65 14 10 13 16 24...
Page 87: ...EN 85 PKS210_Kapps ge_Content_V1 0_13 10 11 indd 85 14 10 13 16 24...